M2A Bloedsomloop 24-25

M2 Bloedsomloop 24-25
1 / 52
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 52 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

M2 Bloedsomloop 24-25

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Planning
- Toets nakijken
- Uitleg Thema 3 BS 1
- Opdrachten maken

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Toetsen nakijken
- Alle spullen van tafel 
- Vragen? Na het nakijken loop ik langs bij iedereen

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Thema 3 - de Bloedsomloop

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Dit weet ik over hart, bloed en bloedvaten

Slide 5 - Mind map

This item has no instructions

BS 1 - Bloed

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Dit weet ik over bloed
(Denk aan onderdelen en functie)

Slide 7 - Mind map

This item has no instructions

Leerdoel
  • Je kunt de bestanddelen van bloed benoemen met hun kenmerken en functies. 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Functie Bloed
-  Vervoert zuurstof, voedsel en warmte. 
- CO2 en andere afvalstoffen worden afgevoerd


Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Bestanddelen van bloed

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Bloedplasma
  • Vloeistof
  • 7% uit plasma-eiwitten, 91% water, 2% opgeloste stoffen.
  • Vervoert voedingsstoffen, afvalstoffen en beetje zuurstof
  • Fibrinogeen is een plasma-eiwit dat helpt bij bloedstolling

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Bloedcellen
  • Rode bloedcellen 
  • Witte bloedcellen 
  • Bloedplaatjes 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Rode bloedcellen
  • Vorm
  • Wel/Geen Celkern?
  • Functie?
  • Hemoglobine

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Rode bloedcellen
  • Geen celkern
  • Vervoeren vooral zuurstof
  • Hemoglobine  --> kan zuurstof vasthouden en loslaten.
  • In de longen nemen ze zuurstof op en geven ze het af aan andere organen. 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Witte bloedcellen
  • Vorm
  • Wel/Geen Celkern?
  • Functie?

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Witte bloedcellen
  • Celkern
  • Geen vaste vorm
  • Ze kunnen ziekteverwekkers, zoals bacteriën en virussen onschadelijk maken. 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Witte bloedcellen - bacteriën

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Witte bloedcellen - bacteriën

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Bloedplaatjes
  • Vorm
  • Wel/Geen Celkern?
  • Functie?

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Bloedplaatjes
  • Zijn delen van uiteengevallen cellen
  • Geen celkern
  • De bloedplaatjes vormen samen met rode en witte bloedcellen een prop die de bloeding stopt (Bloedstolling) 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Bestanddelen van bloed

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

1. Geef per letter aan welke bestanddeel is weergegeven.
2. Beschrijf welke (uiterlijke) kenmerken ieder onderdeel heeft. 
3. Geef per letter aan wat de functie is. 
Maak in tweetallen. Iedereen schrijft de antwoorden op. 
Klaar? -> Laat het controleren en start met hw Thema 3 BS 1
A
D
C
B

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Factsheet
- Individueel 10 min lang factsheet leren
- Daarna klassikale overhoring
timer
10:00

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
- Thema 3 BS 1 - Alles behalve samenvatting en plus
- Maak online! 
- Volgende les Hw controle

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Individueel aan het werk
- Thema 3 BS 1  alles behalve samenvatting en plus
- Maak online!
- Niet af? -> hw
timer
20:00

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Planning
- Herhalen BS 1
- Uitleg BS 2
- Opdrachten maken BS 2
- Hw controle (123-regel)
- Uitleg Atelier ontwerpen!

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Maak individueel + in stilte
Schrijf op in je schrift
Je mag je boek gebruiken

Bestanddeel
functie
timer
7:00
HW controle

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Functies van de verschillende onderdelen van het bloed
Bestanddeel
functie
plasma
water en opgeloste stoffen: transport van stoffen en warmte
rode bloedcellen
transport van zuurstof
witte bloedcellen
ziekteverwekkers onschadelijk maken
bloedplaatjes
bloedstolling

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

 BS 2 - Bloedsomloop

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen BS 2 - Bloedsomloop
- Je kunt de drie typen bloedvaten noemen met hun kenmerken en functies.
- Je kunt in het bloedvatenstelsel van de mens slagaders en aders benoemen.
- Je kunt de kleine en grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies. 

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Verhaal over Marcel

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Bloedvatenstelsel: hart en bloedvaten

Hart pompt bloed door bloedvaten

Bloedsomloop: De weg die het bloed door het lichaam aflegt.

3 type bloedvaten: slagaders, haarvaten en aders

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

3 type bloedvaten: slagaders, haarvaten en aders

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Vragen filmpje "slagaders"
1. Wat zijn slagaders? 
2. Welke slagader bevat geen zuurstof?
3. Waarom hebben slagaders stevige elastische wand?

Slide 36 - Slide

1. Wat zijn slagaders? 
Zuurstofrijkbloed gaat van hart naar andere delen. 
2. Welke slagaders bevat geen zuurstof
Longslagader -> zuurstofarmbloed naar longen
3. Waarom hebben slagaders stevige elastische wand?
omdat ze voortdurend onder hoge druk 
0

Slide 37 - Video

1. Wat zijn slagaders? 
Zuurstofrijkbloed van hart naar andere delen. 
2. Welke slagaders bevat geen zuurstof
Longslagader -> zuurstoarmbloed naar longen
3. Waarom hebben slagaders stevige elastische wand?
omdat ze voortdurend onder hoge druk staan. 


Vragen filmpje "haarvaten"
1. Waarom hebben haarvaten dunne wanden? 

Slide 38 - Slide

Waarom hebben haarvaten dunne wanden? 
Via dunnewanden vindt er uitwisseling van zuurstof en voedingsstoffen naar weefsels. Ook koolstofdioxide an andere afvalstoffen worden via weefsel afgegeven aan bloed. 

Slide 39 - Video

Waarom hebben haarvaten dunne wanden? 
Via dunnewanden vindt er uitwisseling van zuurstof en voedingsstoffen naar weefsels. Ook koolstofdioxide an andere afvalstoffen worden via weefsel afgegeven aan bloed. 
Vragen filmpje "aders"
1. Wat is de functie van aders?
2. Waarvoor dienen de kuitspieren rondom de aders en de klepjes in de aders? 

Slide 40 - Slide

Waarom hebben haarvaten dunne wanden? 
Via dunnewanden vindt er uitwisseling van zuurstof en voedingsstoffen naar weefsels. Ook koolstofdioxide an andere afvalstoffen worden via weefsel afgegeven aan bloed. 

Slide 41 - Video

- aders vervoeren zuurstofarmbloed naar het hart. 
- Bloed moet naar boven stromen en krijgt hulp van spieren rondom aders -> kuitbeenspier. Bloed stroomt van tegen zwaartekracht in. 
Naamgeving

Slagader: Bloed stroomt van het hart af 
Uitzondering: 
  • Aorta

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Naamgeving

Ader: Bloed stroomt naar het hart toe
Uitzondering: 
  • Onderste en bovenste holle ader

  • Poortader

Slide 43 - Slide

This item has no instructions

Bovenste holle ader
Onderste holle ader

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Poortader
Leverpoortader = 
Voedingsstofrijk en zuurstofarm bloed van de darmen, maag en milt gaat via poortader naar de lever toe. 

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Dubbele bloedsomloop
  • Welke weg legt de kleine bloedsomloop af?
  • Welke weg legt de grote bloedsomloop af?

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Verhaal van Marcel (deel 2)

Slide 47 - Slide

This item has no instructions

3 type bloedvaten
Slagader: Bloed stroomt van het hart af en bevat  zuurstofrijk bloed
Uitzondering: Longslagader die van het hart naar de longen gaat bevat zuurstofarm bloed. 

Haarvaten: zuurstof wordt afgegeven aan cellen van organen en spieren. Ze zijn één cellaag dik (erg dun), waardoor stofuitwisseling mogelijk is.

Ader: Bloed stroomt naar het hart toe en is zuurstofarm bloed
Uitzondering: De longader die van de longen naar het hart gaat bevat zuurstofrijk bloed. 
Slagader: Bloed stroomt van het hart af en bevat zuurstofrijk bloed.
Uitzondering: Longslagader. Deze gaat van het hart naar de longen en bevat zuurstofarm bloed.

Haarvaten: Zuurstof wordt afgegeven aan cellen van organen en spieren. Ze zijn één cellaag dik (erg dun), waardoor stofuitwisseling mogelijk is.

Ader: Bloed stroomt naar het hart toe en is zuurstofarm bloed
Uitzondering: De longader die van de longen naar het hart gaat bevat zuurstofrijk bloed. 


Aantekening Thema 3 BS 2

Slide 48 - Slide

This item has no instructions


Poortader
Leverpoortader = 
Voedingsstofrijk en zuurstofarm bloed van de darmen, maag en milt gaat via poortader naar de lever toe. 

Slide 49 - Slide

This item has no instructions

Uitleg Atelier ontwerpen

Slide 50 - Slide

This item has no instructions

Fact sheet
Leren in 10 min en daarna overhoring 
timer
10:00

Slide 51 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Thema 3 BS 2 (alles behalve samenvatting en plus)



Slide 52 - Slide

This item has no instructions