Chemisch evenwicht

9.1 Chemisch evenwicht
1 / 10
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

9.1 Chemisch evenwicht

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Aflopende reacties
A + B -> C + D
  • Reactie in 1 richting.
  • Enkele reactiepijl.
  • Niet omkeerbare reactie, bijv. verbranding van een kaars.
Evenwichtsreacties
A + B           C + D
  • Heen- en teruggaande reactie tegelijkertijd (dynamisch).
  • Dubbele reactiepijl.

  • Reactie is omkeerbaar.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Instellen van evenwicht
  • S1 geeft snelheid van de
heengaande reactie weer.
  • S2 geeft snelheid van de 
teruggaande reactie weer.
  • Op t2 is het evenwicht 
ingesteld. Dit noemen we de
insteltijd (tev).

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Even oefenen 
Stikstofdioxide kan worden ontleedt in stikstofmono-oxide en zuurstof. In een afgesloten vat van 11,0 L wordt 0,46 mol stikstofdioxide verhit bij constante temperatuur. Er ontstaat een evenwichtsmengsel met 0,22 mol zuurstof. 

1. Geef de reactievergelijking.
2. Bereken m.b.v. een BOE-tabel de molariteit van de stoffen in evenwicht.

Slide 7 - Slide

Antwoord
1. 2 NO2            2 NO + O2
2. Bereken m.b.v. een BOE-tabel de molariteit van de stoffen in evenwicht.

2 NO2
2 NO
O2
B
0,46 mol
0 mol
0 mol
O
-0,44
+ 0,44
+ 0,22
E
0,02 mol
0,44 mol
0,22 mol
C
0,02 / 11,0 =1,8*10-3 M
0,44 / 11,0 =0,04 M
0,22 / 11,0 = 0,02 M

Slide 8 - Slide

Voorbeeld: methanol productie
  • CO + 2 H2               CH4
  • Productie kan worden verhoogd door methanol af te tappen.
  • Productie kan verhoogd worden door extra CO of H2 toe te voegen.
  • Overmaat beginstof kan gerecirculeerd worden in het proces.

Slide 9 - Slide

Wat gebeurt er met de kleur van het evenwichtsmengsel als een KSCN oplossing wordt toegevoegd?




Fe3++SCN
FeSCN2+
A
Het wordt geler, doordat er meer Fe3+ bij komt.
B
Het wordt geler, doordat er meer SCN- komt.
C
Het wordt roder, doordat er meer FeSCN2+ komt.
D
Het wordt roder, doordat er meer SCN- komt.

Slide 10 - Quiz