H5.5A

Vandaag:
Diagonaalvlakken en lichaamsdiagonalen
1 / 33
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Vandaag:
Diagonaalvlakken en lichaamsdiagonalen

Slide 1 - Slide

Video https://www.youtube.com/watch?v=VkMVvfZSz3I

2x geogebra

Diagonaalvlakken in balk hebben de vorm van een rechthoek. In elke balk zijn er 6 mogelijkheden

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Een diagonaalvlak verbindt 2 ribben met elkaar
(en is geen zijvlak)

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Even kijken of je opgelet hebt.
Welke vorm heeft een diagonaalvlak van een balk?
A
Vierkant
B
Rechthoek
C
Parallellogram
D
cirkel

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Ik snap wat diagonaalvlakken zijn
😒🙁😐🙂😃

Slide 5 - Poll

This item has no instructions

De diagonaal van een diagonaalvlak noemen we de lichaamsdiagonaal
Een balk heeft er 4 en ligt op een diagonaalsvlak

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Hoe bepaal ik nu het diagonaalvlak bij een lichaamsdiagonaal? 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Kies ÊÊn van de punten van je lichaamdiagonaal. Dus in het voorbeeld kies je voor E of C.  

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

In het voorbeeld hieronder kiezen we voor punt E.
Vanuit punt E kan je naar boven, naar rechts of naar achter.
Kies er hier een van en kleur de rib

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

In het voorbeeld hieronder gaan we vanuit punt E naar beneden.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Dan ga je naar het andere punt in dit geval punt C en trekt daar de lijn naar boven (het tegenovergestelde van wat je net in punt E hebt gedaan) 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Nu kun je de lijnen met elkaar verbinden 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Je zou ook vanuit punt E naar rechts kunnen gaan

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Dan ga je vanuit punt C naar links (het tegenovergestelde wat je in punt E hebt gedaan)

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Daarna verbind je de twee lijnen

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Laatste manier is om vanuit punt E naar achter te gaan en dan vanuit punt C naar voren

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

En daarna verbind je deze twee lijnen en tekent het diagonaal vlak

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

We gaan nu de lengte van een lichaamsdiagonaal berekenen als we de maten van de balk weten

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Weet ik genoeg om
CE te kunnen berekenen?
A
Ja
B
Nee

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Ik heb dus AC nodig om EC te berekenen. 

AC ligt in het vlak ABCD en daar weet ik wel alle afmetingen van.

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Belangrijk:
Blijf schetsen maken van de figuren waar je in rekent. Zet de hoekpunten erbij en de lengtes die je weet.
Blijf je afvragen welke lengtes je al weet, en welke je nog niet weet.

Nog lastig? Bekijk de video op https://youtu.be/VkMVvfZSz3I

Slide 33 - Slide

This item has no instructions