This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slide.
Items in this lesson
Hoofdstuk 2 en 3 Retailmarketing
Slide 1 - Slide
Koopbeslissingsproces Een klant merkt dat zijn oude smartphone langzaam wordt en niet meer goed werkt. Hij besluit dat het tijd is voor een nieuwe telefoon. In welke fase van het koopbeslissingsproces bevindt deze klant zich?
A
Informatie zoeken
B
Evaluatie van alternatieven
C
Behoefteherkenning
D
8Aankoopbeslissing
Slide 2 - Quiz
Koopbeslissingsproces Een klant heeft net een dure laptop gekocht, maar begint na de aankoop te twijfelen of hij wel de juiste keuze heeft gemaakt. Hoe noemt men dit
A
Aankoopbelissing
B
Cognitieve disonantie
C
Behoefteherkenning
D
Informatie zoeken
Slide 3 - Quiz
Lisa is op zoek naar een nieuwe fiets om naar haar werk te gaan. Ze twijfelt tussen een stadsfiets, een elektrische fiets en een tweedehands racefiets. Ze vergelijkt de prijs, kwaliteit en het comfort van deze opties. In welke fase van het koopbeslissingsproces bevindt Lisa zich?
A
Aankoopbeslissing
B
Informatie zoeken
C
Evaluatie van alternatieven
Slide 4 - Quiz
Koopgedrag psychologische factoren Sophie besluit gezonder te leven en koopt een abonnement bij de sportschool, samen met een blender om gezonde smoothies te maken. Welke psychologische factor heeft haar koopgedrag beïnvloed?
A
Motivatie
B
Perceptie
C
Leren
D
Attitude
Slide 5 - Quiz
Koopgedrag psychologische factoren Een kledingmerk brengt een nieuwe duurzame kledinglijn uit met een groen logo en milieuvriendelijke verpakkingen. Klanten ervaren deze kleding als milieuvriendelijker dan andere kleding, zelfs als ze de materialen niet hebben gecontroleerd. Welke psychologische factor speelt hier een rol?
A
Motivatie
B
Perceptie
C
Leren
D
Attitude
Slide 6 - Quiz
Koopgedrag psychologische factoren Tim koopt een nieuw wasmiddel nadat hij een reclame heeft gezien waarin wordt getoond dat het beter vlekken verwijdert dan andere merken. Later merkt hij dat het echt werkt en blijft hij dit merk gebruiken. Welke psychologische factor heeft zijn koopgedrag beïnvloed?
A
Motivatie
B
Perceptie
C
Leren
D
Attitude
Slide 7 - Quiz
Consumentengedrag Lisa en haar vriendinnen gaan een middag winkelen in het stadscentrum. Ze hebben geen specifiek product nodig, maar kijken rustig rond, passen verschillende outfits en maken een praatje met het winkelpersoneel. Tot welke klantcategorie behoort Lisa?
A
Prijsshopper
B
Runshopper
C
Funshopper
Slide 8 - Quiz
Consumentengedrag Tom heeft zijn lunchpauze van 30 minuten en moet snel een nieuwe telefoonoplader kopen. Hij loopt direct naar het schap, pakt de eerste oplader die hij ziet en rekent snel af. Welke klantcategorie beschrijft zijn winkelgedrag het beste?
A
Prijsshopper
B
Runshopper
C
Funshopper
Slide 9 - Quiz
Soorten marketing Een fabrikant van sportdrankjes wil zijn producten verkopen aan een grote supermarktketen, zodat deze in de schappen komen te liggen. Onder welke vorm van marketing valt deze strategie?
A
Business-to-Consumer (B2C) marketing
B
Business-to-Business (B2B) marketing
C
Retailmarketing
D
Dienstenmarketing
Slide 10 - Quiz
Soorten marketing Een bedrijf produceert duurzame yogamatten gemaakt van biologisch afbreekbaar materiaal, speciaal gericht op milieubewuste yogabeoefenaars. Van welke marketingstrategie is hier sprake?
A
Retailmarketing
B
Dienstenmarketing
C
Nichemarketing
Slide 11 - Quiz
Soorten marketing Een fabrikant van luxe chocolade wil ervoor zorgen dat supermarkten en speciaalzaken zijn producten in hun assortiment opnemen. Daarom biedt hij retailers speciale displays en promoties aan om de verkoop te stimuleren. Onder welke vorm van marketing valt deze strategie?