1TL2 28 januari

WELKOM
3 Kader
Welkom
1TL2
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

WELKOM
3 Kader
Welkom
1TL2

Slide 1 - Slide

1TL2 De les start over twee minuten !
- Mobiel in de bak
- Boek, laptop, pen en schrift op  
   tafel
- Tas van de tafel

timer
2:00

Slide 2 - Slide

Programma van de les
1TL2
Programma:
  • Aanwezigheid
  • Gedicht van de dag
  • Inhalen toets
  • Toets Lezen volgende week
  • Herhaling Taalverzorging
  • Kahoot
Lesdoel:
-Weten hoe je het werkwoordelijk gezegde in een zin kan vinden
-Aan de slag met meervouden 

Slide 3 - Slide

Allereerst...
Is iedereen aanwezig?

Slide 4 - Slide

Gedicht van de dag

Slide 5 - Slide

Inhalen toets woordenschat
Woordenschat H3 en H4
Woensdag 2 februari negende uur
Woordenlijsten zijn verstuurd in Magister

Slide 6 - Slide

Toets volgende week vrijdag
Lezen H3 en H4

Slide 7 - Slide

ZINSDELEN

werkwoordelijk gezegde



Alle werkwoorden in een zin die samen iets over het onderwerp zeggen, noem je het werkwoordelijk gezegde (wg).



Slide 8 - Slide

ZINSDELEN

werkwoordelijk gezegde



Soms is het werkwoordelijk gezegde maar één werkwoord 

(de persoonsvorm), soms zijn het er meer. Bijvoorbeeld:


- Leonie kijkt naar buiten.

- Leonie heeft naar buiten gekeken

- Leonie wil graag naar buiten kijken.


Slide 9 - Slide

ZINSDELEN

werkwoordelijk gezegde



De persoonsvorm is altijd onderdeel van het 
werkwoordelijk gezegde.

werkwoordelijk gezegde =
persoonsvorm + alle andere werkwoorden

Slide 10 - Slide

Meervouden op -en en -s

Slide 11 - Slide

Leerdoelen
Je leert meervouden die eindigen op -en goed spellen.
Je leert meervouden die eindigen op -s goed spellen.

Slide 12 - Slide

Enkelvoud en meervoud

Zelfstandige naamwoorden kunnen in het

enkelvoud en in het meervoud staan


enkelvoud = één stoel en één bank

meervoud = twee stoelen en twee banken

Slide 13 - Slide

Meervoud
Het meervoud kan eindigen op -en of op -s

bank - banken
plant - planten
wafel - wafels
wekker - wekkers

Slide 14 - Slide

Meervoud

Veel zelfstandige naamwoorden hebben meervoud op -en


lamp - lampen

mes - messen

weg - wegen

kaas - kazen

Slide 15 - Slide

1. Meervoud op -en
Vaak hoef je alleen maar -en achter het woord te zetten

lamp + en = lampen

boer + en = boeren

dans + en = dansen

lot + en = loten

Slide 16 - Slide

2. Meervoud op -en

Soms moet je tegelijk de laatste letter verdubbelen,

want je hoort een korte klank

klas = klassen

bak = bakken

bed = bedden

Slide 17 - Slide

3. Meervoud op -en

Soms moet je tegelijk een a, e, o of u weghalen,

want je hoort een lange klank

schaar = scharen

been = benen

sloot = sloten

Slide 18 - Slide

4. Meervoud op -en

Soms moet je tegelijk een -f veranderen in een -v

raaf = raven

brief = brieven

golf = golven

Slide 19 - Slide

5. Meervoud op -en

Soms moet je tegelijk een -s veranderen in een -z

baas = bazen

huis  = huizen

mees = mezen

Slide 20 - Slide

6 Meervoud op -s
Vaak hoef je alleen maar -s achter het woord te zetten.


  • tafel-tafels
  • computer-computers
  • infectie-infecties

Slide 21 - Slide

Meervoud op -'s 
Soms moet je een apostrof (')  voor de s schrijven. Dat doe je bij woorden die eindigen op i-o-u-a-y. Deze letters zijn klinkers.
Deze klinkers zitten in het zinnetje:

IK    HOU     VAN     YS

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Meervoud op -'s
  • pizza-pizza's
  • polo-polo's
  • menu-menu's
  • taxi-taxi's
  • hobby-hobby's

Slide 24 - Slide

Meervoud van afkortingen
Als je van een afkorting het meervoud wilt maken, dan doe je dat door ook een  's   achter de afkorting te zetten.
  • dvd's
  • BMW's
  • tv's
  • F16's

Slide 25 - Slide

Huiswerk
Maak opdracht:

Startopdracht, opdracht 1
Hoofdstuk 3
Taalverzorging Spelling
In het boek bladzijde 82 en 83

Slide 26 - Slide

Kahoot
https://create.kahoot.it/details/0056e49e-28b8-4109-aa51-04cf81b532f1

Slide 27 - Slide

Einde van de les

Slide 28 - Slide