Kapitel 3 Keuzevoorzetsels H4

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Met welke naamvallen kunnen keuzevoorzetsels staan?

Stap 1 -Welke vragen moet je je in de eerste plaats stellen om te bepalen of de vz 3e of 4e naamval hebben?

Bepaal de juiste naamval, vertaal en verbuig:
Er stetzt sich (tussen) ________ (wij)

1. zwischen wir
2. zwischen uns
3. neben unseren
4. zwischen unserem

Bepaal de juiste naamval, vertaal en verbuig:
Ich habe das (op) ____ (de) ___Fernsehen gesehen

1. auf dem
2. auf den
3. in den
4. in dem

Bepaal de juiste naamval, vertaal en verbuig:
Wir standen (voor) ______ (de)__ Kirche

1. für die
2. vor der
3. vor die
4. für der

Wat is het verschil tussen 'für'en 'vor'?

Gebruik je 'zu'enkel voor personen of ook voor zaken?

Wanneer gebruik je 'nach' zoal?

Vertaal het voorzetsel correct en verbuig in de juiste naamval:
Hier (in Nederland)__ gehe ich gerne (naar het restaurant)__

1. In die Niederlande- auf Restaurant
2. In den Niederlanden- aufs Restaurant
3. In den Niederlanden- ins Restaurant
4. In die Niederlande- im Restaurant

Vertaal het voorzetsel correct en verbuig in de juiste naamval:
(bij)__(mijn)__Eltern fühle ich mich __ ____ (thuis)

1. zu meinen - zu Hause
2. zu meinen - nach Hause
3. bei meinen - nach Hause
4. bei meinen - zu Hause

Vertaal het voorzetsel correct en verbuig in de juiste naamval:
Ich erfuhr (door)__ (een)__ Brief, dass er (naar)___ Berlin umgezogen war

1. von einem Brief -in
2. durch einen Brief- nach
3. durch einen Brief- ins
4. durch einen Brief- zu

Vertaal het voorzetsel correct en verbuig in de juiste naamval:
Um (in)___ (de) ___ Kino zu kommen, musst du hier (naar) ___ links abbiegen

1. zu dem - nach
2. in dem - über
3. in das - in
4. in das - nach

Vertaal de zin correct:
"Wij wachten op het resultaat"

1. Wir warten auf dem Ergebnis
2. Wir warten auf das Ergebnis
3. Wir warten über dem Ergebnis
4. Wir warten über das Ergebnis

Vertaal de zin correct:
"Wij verheugen ons op het feest"

1. Wir freuen uns auf das Fest
2. Wir freuen uns auf dem Fest
3. Wir freuen uns in das Fest
4. Wir freuen uns unter das Fest

Vertaal de zin correct:
"Hij staat voor de kerk"

1. Er steht für die Kirche
2. Er steht vor die Kirche
3. Er steht vor der Kirche
4. Er steht vor dem Kirche