What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Thema 4 les 19
Thema 4 les 19
1 / 25
next
Slide 1:
Slide
Taal
Basisschool
Groep 5
This lesson contains
25 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Thema 4 les 19
Slide 1 - Slide
Maar eerst
Herhalen woordenschat
Slide 2 - Slide
De plek waar je herinneringen bewaart.
A
Hersenen
B
Het geheugen
Slide 3 - Quiz
Je bent vergeetachtig.
A
Je onthoud veel dingen en voor lange tijd.
B
Je onthoud veel dingen maar niet voor lange tijd.
C
Je onthoud dingen niet of maar voor korte tijd.
D
Je onthoud dingen niet, maar dingen die je wel onthoud, onthoud je voor lange tijd.
Slide 4 - Quiz
Hij vertelde iets op een leuke manier en met heel veel voorbeelden.
A
Hij vertelt het in geuren en kleuren.
B
Hij vertelt het tussen neus en lippen door.
C
Hij hangt aan mijn lippen.
Slide 5 - Quiz
Voorgoed
A
Oom Henk is jaren geleden verhuisd naar Zuid-Afrika.
B
Tante Ada is boodschappen aan het doen in de supermarkt.
Slide 6 - Quiz
Allereerst
A
Erika heeft de allereerste prijs gewonnen.
B
Allereerst begint John met zijn spreekbeurt.
Slide 7 - Quiz
Doel
Ik kan
basisvorm
van een verkleinwoord, bijvoeglijk naamwoord en zelfstandig naamwoord schrijven.
zusje --> zus (zonder -je, -pje, -tje, etc.)
Oude --> oud (zonder -e)
boeken --> boek (enkelvoud)
leest --> lezen (het hele werkwoord)
Slide 8 - Slide
Verkleinwoord
Zusje, boompje, bommetje
-je, -pje, -tje, -etje eraf
zus, boom, bom
Bijvoeglijk naamwoord
rode, oude, grote
-e eraf
rood, oud, groot
Slide 9 - Slide
Zelfstandig naamwoord
boeken, tafels, stoelen
Enkelvoud
boek, tafel, stoel
Werkwoord
leest, loopt, gaat
Hele werkwoord
lezen, lopen, gaan
Slide 10 - Slide
Voorbeeld
Oom Henk kende wel honderd
moppen
.
moppen --> mop
Ik zat in zijn
snelle
auto.
snelle --> ............
We gingen een
dagje
uit.
Dagje --> .....
Slide 11 - Slide
Herinner jij de geuren nog?
Wat is de basisvorm?
A
Geuren
B
Geur
C
Geure
Slide 12 - Quiz
We gaan dat dorpje bezoeken.
Wat is de basisvorm?
A
Dorpje
B
Dorpen
C
Dorp
Slide 13 - Quiz
Soms loop ik door het stadje in de avond.
Wat is de basisvorm (stadje)?
Slide 14 - Open question
Hij gebruikt een nieuwe methode.
Wat is de basisvorm (gebruikt)?
Slide 15 - Open question
De rode auto rijdt door de straat.
Wat is de basisvorm (rode)?
Slide 16 - Open question
Ja, we gingen naar de bergen.
Wat is de basisvorm (bergen)?
Slide 17 - Open question
Uh..... had hij nou een bruine jas aan?
Wat is de basisvorm (bruine)?
Slide 18 - Open question
Veel blijft hetzelfde.
Wat is de basisvorm (blijft)?
Slide 19 - Open question
We hebben vier appels nodig.
Wat is de basisvorm (appels)?
Slide 20 - Open question
Hij plakte de foto op de muur.
Wat is de basisvorm (plakte)?
Slide 21 - Open question
Mijn lieve opa wordt vergeetachtig.
Wat is de basisvorm (lieve)?
Slide 22 - Open question
Die jas hang ik net op.
Wat is de basisvorm (hang)?
Slide 23 - Open question
Op een kwade dag vergeet hij alles.
Wat is de basisvorm (kwade)?
Slide 24 - Open question
Ik kan de basisvorm herkennen.
Ik vind het lastig.
Ik kan het redelijk.
Ik kan het goed.
Slide 25 - Poll
More lessons like this
Thema 4 herhaling basisvorm
December 2021
- Lesson with
32 slides
Taal
Basisschool
Groep 5
Thema 4 les 7
August 2022
- Lesson with
12 slides
Taal
Basisschool
Groep 5
Thema 4 les 10
December 2021
- Lesson with
35 slides
Taal
Basisschool
Groep 5
Taal thema 4 week 2 groep 5
January 2022
- Lesson with
21 slides
Taal
Basisschool
Groep 5
Taal thema 4 groep 5 herhaling
February 2022
- Lesson with
13 slides
Taal
Basisschool
Groep 5
Taal thema 4 week 3 groep 5
January 2022
- Lesson with
22 slides
Taal
Basisschool
Groep 5
GR5 TH4-W2-L7
December 2023
- Lesson with
12 slides
Taal
Basisschool
Groep 5
Taal groep 5 basisvorm en voorzetsels (blok 4 les 6-10)
January 2021
- Lesson with
14 slides
Taal
Basisschool
Groep 5