Leiderschapsstijlen

Leidinggeven

"Als je niet kunt dienen,
kun je niet leiden" 
1 / 17
next
Slide 1: Slide
LeidinggevenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Leidinggeven

"Als je niet kunt dienen,
kun je niet leiden" 

Slide 1 - Slide


Hoe zit jij er nu bij?

Slide 2 - Poll

Wat is leidinggeven volgens jou?
(in 1 zin of in trefwoorden)

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Slide

Leiderschapsstijlen (Blake en Mouton)
  • Slecht leiderschap (onverschillig) 
  • Countryclub leiderschap (relatiegericht)
  • Taakgericht (het resultaat telt)
  • Balancerend leiderschap (status quo handhaven)
  • Teamleiderschap (juiste balans tussen mens- en taakgerichtheid)

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Hersey en Blanchard:  Situationeel leiderschap

Slide 7 - Slide

'Ik kan het nog niet goed en ik weet ook niet of ik het nog wel wil'. Welke begeleidingsstijl past hierbij?
A
S1 leiden
B
S2 begeleiden/coachen
C
S3 ondersteunen
D
S4 delegeren

Slide 8 - Quiz

"Daar hoef je niet naar om te kijken." Welke begeleidingsstijl past hierbij?
A
S1 leiden
B
S2 begeleiden
C
S3 ondersteunen
D
S4 delegeren

Slide 9 - Quiz

"Ik wil graag maar kan het (nog) niet." Welke begeleidingsstijl past hierbij?
A
S1 leiden
B
S2 begeleiden
C
S3 ondersteunen
D
S4 delegeren

Slide 10 - Quiz

"Ik kan het wel, maar twijfel soms of ik het wel goed genoeg doe." Welke begeleidingsstijl past hierbij?
A
S1 leiden
B
S2 begeleiden
C
S3 ondersteunen
D
S4 delegeren

Slide 11 - Quiz

De 4 stijlen  voor individuele (bege)leiding
S1: leiden
Voordoen, taakgerichte instructies geven, stappenplan
S2: begeleiden
Aanmoedigen, nog steeds voordoen en taakgerichte instructies
S3: ondersteunen
Persoonlijke aandacht geven, helpen zelfvertrouwen te kweken
S4: delegeren
Vertrouwen en verantwoordelijkheid geven en blijven uitdagen


Slide 12 - Slide

Jouw persoonlijke ervaring

Hoe ontvang jij leiding van jouw leidinggevende? In welke stijl benadert hij jou? 

Waaraan merk je dat? Wat doet en zegt hij?

Wat vind je daarvan? 

Slide 13 - Slide

Opdracht 1
  1. Breng je team in kaart
  2. Stel jezef per medewerker de volgende vragen:
  • Is de medewerker op dit moment in staat te doen wat hij moet doen? 
  • Is hij gemotiveerd om te doen wat hij moet doen?
  • Heeft hij ondersteuning nodig, zo ja, waarin denk je?
  • Heeft hij nieuwe uitdagingen nodig?

  • Geef per medewerker aan waarom je dit vindt (dus met voorbeelden)

Slide 14 - Slide

Opdracht 2
Beoordeel aan de hand van de antwoorden bij opdracht 1 welke stijl van leidinggeven je op dit moment het beste kunt toepassen bij elke individuele medewerker. 

Slide 15 - Slide

Opdracht 3
Welke stijl(en) van leidinggeven gaat/gaan jou gemakkelijk af?

Bij welke stijl(en) van leidinggeven kun jij zelf wel wat steun gebruiken? Wat wil je dan leren? Noteer je leerpunten voor jezelf en voor de trainers.

Slide 16 - Slide

Evaluatie
Wat heb je vandaag opgestoken?

Hoe denk je dat in de praktijk te kunnen toepassen?

Slide 17 - Slide