Didactiek Thema Organisatie

• Didactiek
• MBO
• Studiejaar 1

Didactiek Thema Organisatie

inhoud thema;

- organiseren en de functie van organiseren

- opstellingen

- organisatie van spel

- differentiatie

interactieve les, leerlingen erbij betrekken

Hoe vonden jullie de toets gaan?

010

Wat vonden jullie moeilijk aan de toets?

Wat verwachten jullie van ons?

toetsresultaten > invulling van de les

praktijkvoorbeelden bijv. 

Dit verwachten wij van jullie

Leerdoelen

Organiseren en de functie van organiseren

organiseren: 'De elementen tijd, ruimte, materiaal, de groep en jezelf als lesgever, in de les zodanig regelen, dat er een goedlopend geheel ontstaat. 

organiseren gaat dan vooral over het komen tot, het aanpassen van en het veranderen van opstellingen. het afbreken en opbergen van de materialen die je in de les gebruikt hebt, hoort ook bij het organiseren. 

Opstelling 

deelnemers,               materiaal,                     lesgever 

organiseren gaat vooral over het komen tot, het aanpassen van en het veranderen van opstellingen

een slechte organisatie kan leiden tot:

- ongelukken 

- tijdverlies

- weinig resultaat

- weinig intensiteit

- onrust

- onzekerheid 

- slechte concentratie

- weinig plezier

- het niet halen van je doelstelling

Functies van het organiseren

organiseren heeft een aantal functies:

- een veilig verloop van de les

- een intensief verloop van de les

- een doelmatig verloop van de les

De VID-regel

"is de organisatie wel veilig, intensief en doelmatig?"

een veilig verloop van de les

je moet ervoor zorgen dat er geen blessures of ongelukken ontstaan door onzorgvuldigheid. Dit kan ontstaan door:

- geen of onjuiste hulp

- slechte landingsplaatsen

- gevaarlijke opstellingen van SB-deelnemers

- gevaarlijke opstellingen van toestellen en materialen

- een chaotische organisatie

je moet EHBO kunnen verlenen en het weten waar de EHBO-spullen liggen.

www.lessenplan.nl

veiligheidsmaatregelen

Aanvulling op het artikel:

- controleer de toestellen en materialen niet alleen voor de les, maar ook tijdens de les.

- verleen hulp of laat hulpverlenen waar nodig is.

- zorg dat er veilig opgeruimd wordt. 

houd overzicht. kies een positie van waaruit je de situatie goed kunt overzien en snel kunt ingrijpen.  

zorg dat er veilig opgeruimd wordt. schakel voldoende SB-deelnemers in. maak een juiste inschatting van de zelfstandigheid en de mogelijkheden om veilig op te ruimen. 

Hoeveel uur moet een basisschool aan gymles geven? Bron erbij

een intensief verloop van de les

± ander half uur gymles per week

de beweegtijd moet optimaal zijn

bron: inspectie van onderwijs 

Basisschoolleerlingen krijgen genoeg gymles?

staan als je het er mee oneens bent

een intensief verloopt van de les

de beginsituatie en de doelstelling bepalen de intensiteit van een les; 

- de aarde van de doelstelling

- het aantal SB-deelnemers

- de accommodatie en materiaal

- het niveau van de bewegingseigenschappen

- het vaardigheidsniveau van de SB-deelnemers

-  de fase van het motorisch leerproces

eerst even vragen 

plaats van organisatie binnen het didactisch model

Link met het didactisch model.

De organisatie valt binnen het didactisch model onder les/training. je hebt de doelstelling en de beginsituatie vastgesteld. vervolgens kies je de bewegingsvormen en de juiste opbouw van de les. daarna denk je na over hoe je alles het beste kunt organiseren. 

Hoe zorg je ervoor dat jouw les/ training intensief is?

richtlijnen voor een intensieve les

- zet materialen en toestellen zo veel mogelijk voor de les klaar en ruim ze direct weer op.

- zorg voor een doorlopende lesorganisatie. gebruik bijvoorbeeld hetzelfde materiaal in de diverse lesdelen.

- verdeel de klas/groep in kleine groepjes. pas waar nodig differentiatie toe.

- gebruik intensieve organisatievormen, zoals stationsvormen etc.

werken in drie vakken

teken uit een andere variant van 3 vakken

een doelmatig verloop van de les

doelmatig wil zeggen dat je de les zo organiseert dat je het doel waarnaar je streeft beter kunt bereiken. 

Dit doe je door gebruik te maken van een doelgerichte organisatie.

soms moet je differentiëren, dat wil zeggen dat je het zo organiseert dat SB-deelnemers op hun eigen niveau kunnen oefenen. 

opdracht goede en slechte organisatie

 Bedenk in je tweetal een les of training die je gaat geven. Noteer vervolgens voor jezelf alle acties of werkzaamheden van die les of training die met organiseren te maken hebben. 

Vergelijk daarna de resultaten met je maatje. 

Vul het lijstje vervolgens aan. 

Een opstelling bestaat uit 3 elementen, namelijk:

Opstelling

Belangrijke organisatorische vaardigheden zijn het komen tot een opstelling, het aanpassen van een opstellingen en het veranderen van opstellingen.

Beginsituatie, doelstellingen en bewegingsvormen bepalen de beste opstelling. 

Het komen tot een opstelling

- Welke opstelling je wilt maken.

- Hoe je deze opstelling maakt of indeelt.

- Welke instructies je achtereenvolgens aan de SB-deelnemers moet geven om tot de gewenste opstelling te komen.

- Wat de bedoeling is van de opstelling.

- Wat de SB-deelnemers moeten doen als ze geen opdracht hebben of klaar zijn.

Het aanpassen van een opstelling

- Continu controleer je de opstelling

- VID-regel

Wat was de VID-regel?

Het veranderen van een opstelling

- Welke opdrachten en instructies je moet geven om de oude situatie weg te halen. 

- Niet alles zelf doen: niet efficiënt en kinderen leren zelfstandig te zijn. 

6 W's

wie?	moet de opdracht uitvoeren
wat?	moeten ze doen
waar?	moet het gebeuren
wanneer?	op welke tijdstip
waarlangs?	langs welke weg
wat daarna?	doen als ze klaar zijn

Weektaak vragen