What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Werkwoordspelling
Les werkwoordspelling
Lesdoel: ik oefen met het vervoegen van werkwoorden in de tegenwoordige, verleden en voltooide tijd.
1 / 18
next
Slide 1:
Slide
Spelling
Basisschool
Groep 7
This lesson contains
18 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
25 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Les werkwoordspelling
Lesdoel: ik oefen met het vervoegen van werkwoorden in de tegenwoordige, verleden en voltooide tijd.
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Video
Kijk met welke vorm je te maken hebt
Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Persoonsvorm verleden tijd
Voltooid deelwoord
Slide 3 - Slide
Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Ik = stam
ik loop
...... je of jij? = stam
Loop jij?
een ander = stam + t
Hij loopt of Thomas loopt
meervoud = hele werkwoord
wij lopen of mijn ouders lopen
Slide 4 - Slide
Persoonsvorm verleden tijd
Werkwoorden:
klankverandering
worden - werd(en)
kijken - keek/ keken
Werkwoorden:
stam + de(n) of + te(n)
branden - brandde(n)
praten - praatte(n)
’t kofschip X
Slide 5 - Slide
Voltooid deelwoord
Ik heb
gekookt
. Het vliegtuig is
geland.
-t of -d?
Langer maken:
gekookt, kookte.
Twijfel je nog steeds?
’t kofschip X
Slide 6 - Slide
Ik weet welke trucjes ik moet gebruiken bij de verschillende tijden.
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 7 - Poll
De kinderen ...... afscheid van de juf (v.t)
A
Nemen
B
Neemde
C
Namen
D
Neem
Slide 8 - Quiz
Ik ...... het boek erg graag (v.t).
A
lees
B
lazen
C
las
D
leesde
Slide 9 - Quiz
Ik had mijn huiswerk gisteren .... (vt).
A
maken
B
maakt
C
makend
D
gemaakt
Slide 10 - Quiz
Ik ... elke ochtend een kopje koffie (t.t).
A
drink
B
dronk
C
drinken
Slide 11 - Quiz
... jij eigenlijk van sporten?
A
houdt
B
houd
Slide 12 - Quiz
Wij ..... vorig jaar naar Australië.
A
reisdten
B
reisden
C
reisd
Slide 13 - Quiz
In welke tijd staat deze zin: Lisa heeft haar huiswerk gemaakt.
A
Tegenwoordige tijd
B
voltooide tijd
C
verleden tijd
Slide 14 - Quiz
Wat is het voltooide deelwoord van redden?
Slide 15 - Open question
Wat is de ik-vorm van: spelen
Slide 16 - Open question
De ridder heeft de draak ...
A
gedood
B
gedoot
C
doden
D
dood
Slide 17 - Quiz
Wat vind jij het lastigst?
Verleden tijd
Tegenwoordige tijd
Voltooide tijd
Ik maak veel foutjes doordat ik te snel wil
Ik maak geen fouten
Slide 18 - Poll
More lessons like this
Werkwoordspelling
April 2024
- Lesson with
19 slides
Spelling
Basisschool
Groep 7
Spelling 4.9
October 2023
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
2: Werkwoordspelling: (on)voltooid deelwoord, bijvoeglijk naamwoord, infinitief
November 2023
- Lesson with
41 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5
Do 7 nov 't Kofschip
October 2024
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
25/1 HV1 h4, werkwoordspelling: Voltooid deelwoord, onvoltooid deelwoord
January 2022
- Lesson with
34 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
groep 8 werkwoord spelling cito
October 2024
- Lesson with
44 slides
nederlands
Primary Education
2HVa werkwoordspelling
November 2024
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3
voorbereiding toets v.t. en voltooid deelwoord
October 2024
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1