Les 3 / zinsvolgorde

Les Nederlands

Zinsvolgorde
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 13 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Les Nederlands

Zinsvolgorde

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Wat leer je vandaag?

  • Zinsvolgorde;
  • In welke volgorde zet je de woorden om een goede zin te krijgen.

Slide 3 - Slide

  • Als Nederlands niet jouw moedertaal is dan is het lastig om woorden in een goede volgorde te zetten als je zinnen maakt.
  • Het maken van zinnen noemen we grammatica.
  • Dat is iets anders dan spelling. Bij spelling gaat het erom dat je de woorden goed schrijft.

Slide 4 - Slide

Morgen ik ga mijn huiswerk maken.
Nu ik wil iets doen met jou.
Zijn dit goede zinnen?

Slide 5 - Slide

Er zijn verschillende volgordes die je kunt gebruiken bij het maken van correcte zinnen.

Vandaag laat ik je 3 belangrijke volgordes zien:
  • de normale volgorde
  • de omgekeerde volgorde (inversie)
  • de vraag

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Als de zin begint met 'waar', krijg je ook inversie

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Zet de woorden in de goede volgorde:

Irma - volgende week - gaat - naar Duitsland - op vakantie

Slide 11 - Open question

Tijd om te oefenen. 

Maak de oefeningen!

Slide 12 - Slide

Wat heb je vandaag geleerd?

  • Zinsvolgorde;
  • In welke volgorde zet je de woorden om een goede zin te krijgen.
Alles begrepen?

Slide 13 - Slide