bespreking toets havo 1. hoofdstuk1.

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Alles in je tas en tas op de grond

 :)

Wat gaan we doen? 

- terugblik (5min)
- leerdoel (1min)

- bespreken toets (20-25min)

- individuele gesprekjes + zelfstandig werken dossieropdracht / oriënteren  nieuwe hoofdstuk  (20min)

- afsluiting (2min)

leerdoel

aan het eind van de les kun je een toets analyseren. Wat ging goed, wat ging minder goed, en waarom? 

Verwachting?

1. opletten bij het bespreken van de toets

2. vragen doen we op het einde
3. ik deel de toets zo uit, geen pennen op tafel

4. klopt er iets niet? kom straks bij het zelfstandig werken even bij me. 

antwoord:

A. Veeteelt
B. Agrarische revolutie

antwoord

1. F

2. B

3. A

4. E

5. D

6. C

antwoord

Ze trokken rond van plek tot plek, hun bestaansmiddel was jagen en verzamelen: vissen, jagen, verzamelen.

taakverdeling: mannen jaagden, vrouwen verzamelden

antwoord

We weten veel meer over de historie dan prehistorie omdat er in de prehistorie geen geschreven bronnen waren. In de historie hadden we wel geschreven bronnen. 

antwoord

niet goed: 'alles wat te maken heeft met ideeën en hoe ze deze uiten'. 

waarom? Omdat je geen twee voorbeelden geeft. 

voorbeelden van cultuur: 

het geloof van mensen

bepaalde tradities

het soort eten (kan)

taal 

kunst

JUIST

ONJUIST

JUIST

JUIST

antwoord.

gevolgen agrarische revolutie.

1. vaste woonplaats

2. meer voedsel, meer burgers

3. sociale verschillen

4. cultuur veranderden

5. meer ziek, meer overlijdens

antwoord

Waarom was de Nijl belangrijk voor de Egyptenaren?

1. slib, vruchtbare grond, zorgden ervoor dat Egyptenaren het land konden gebruiken voor voedsel, door het gebruik van irrigatielandbouw (dijkjes, kanaaltjes). 

antwoord

(1punt) nijverheid: mensen gingen dingen met handen maken

(1punt) specialisatie: mensen konden zich op één beroep richten

(1punt) steden konden uitgroeien doordat mensen hierdoor op dezelfde plek bleven. 

antwoord

(2punten, 1 fout = 1punt)

1. Farao

2. belangrijke bestuurders / geestelijken

3. bouwmeesters en schrijvers

4. eenvoudige handwerkslieden 

5. boeren

6. slaven

antwoord

(1punt) De steden liggen bij het water (De Nijl).
(1punt) Dit was belangrijk voor de Egyptenaren omdat ze hier irrigatielandbouw konden doen. 

vragen? 

(20min)

Wat te doen?  

* Ik ga je klasgenootjes helpen met de herkansing van de toets. 

(20min)

Wat te doen?

* Ga zelfstandig (in rust) bezig, met muziek in. Met dossieropdracht, of nieuw hoofdstuk. Waar gaat het over? Welke periode? 

afsluiting

leerdoel analyseren.