KB3 Nederlands Hfdst 3: grammatica, spelling en woordenschat

Welk voorzetsel hoort op de open plek?

'De leerlingen ergeren zich ... de drukte in de gang.'
A
in
B
aan
C
om
D
met
1 / 22
next
Slide 1: Quiz
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 25 min

Items in this lesson

Welk voorzetsel hoort op de open plek?

'De leerlingen ergeren zich ... de drukte in de gang.'
A
in
B
aan
C
om
D
met

Slide 1 - Quiz

Maak van de twee losse zinnen één goede zin. Gebruik een voegwoord. Je mag de woordvolgorde veranderen.
'Ik heb mijn enkel gekneusd. Ik doe niet mee met gym.'

Slide 2 - Open question

Maak van de twee losse zinnen één goede zin. Gebruik een voegwoord. Je mag de woordvolgorde veranderen.
'Bas haalt een goed cijfer voor de toets. Hij heeft goed geleerd.'

Slide 3 - Open question

Schrijf van de samengestelde zin de persoonsvormen en de onderwerpen op.
'Hopelijk wint Nederland vandaag wel van Portugal, nadat ze de vorige keren hebben verloren.'

Slide 4 - Open question


Schrijf van de samengestelde zin de persoonsvormen en de onderwerpen op.
'Het boek Boy 7 is erg spannend, want het verhaal gaat over een jongen met geheugenverlies.'

Slide 5 - Open question


Schrijf van de samengestelde zin de persoonsvormen en de onderwerpen op.
'Omdat Sylvies vriend vreemdging, proberen haar vriendinnen haar op te vrolijken.'

Slide 6 - Open question

Schrijf van de samengestelde zin de persoonsvormen en de onderwerpen op.
'Soumia vertelt Remi alles, omdat ze beste vrienden zijn.'

Slide 7 - Open question

Vervang het voegwoord zodat de zin klopt. Je mag de volgorde van de woorden veranderen.
'Leoniques oom en tante hadden een feestje, nadat moest ze op haar nichtje passen.'
A
of
B
omdat
C
waardoor
D
maar

Slide 8 - Quiz

Vervang het voegwoord zodat de zin klopt. Je mag de volgorde van de woorden veranderen.
'Maar ze haar nichtje naar bed had gebracht, ging de telefoon.'
A
nadat
B
en
C
omdat
D
waardoor

Slide 9 - Quiz

Vervang het voegwoord zodat de zin klopt. Je mag de volgorde van de woorden veranderen.
'Leonique nam de telefoon op, waardoor er was niemand aan de lijn.'
A
en
B
maar
C
omdat
D
want

Slide 10 - Quiz

Vervang het voegwoord zodat de zin klopt. Je mag de volgorde van de woorden veranderen.
'Dit gebeurde een paar keer achter elkaar, want werd Leonique steeds banger.'
A
en
B
maar
C
omdat
D
of

Slide 11 - Quiz

Vervang het voegwoord zodat de zin klopt. Je mag de volgorde van de woorden veranderen.
'Ze whatsappte een vriendin over haar dilemma omdat die kwam meteen naar Leonique toe.
A
maar
B
dus
C
waarvoor
D
of

Slide 12 - Quiz

Vervang het voegwoord zodat de zin klopt. Je mag de volgorde van de woorden veranderen.
'Uiteindelijk hebben ze nog lang moeten lachen, of wat bleek: Leonique had met opnemen gewoon steeds op de verkeerde knop gedrukt!'
A
maar
B
en
C
want
D
omdat

Slide 13 - Quiz

Schrijf de juiste vorm van de persoonsvorm op:
'De jongens (lachen) gisteren steeds, omdat de beginnende schaatser vaak (uitglijden).'

Slide 14 - Open question

Schrijf de juiste vorm van de persoonsvorm op:
'Oom Arie (toeren) nu door Afrika in zijn jeep, terwijl hij constant naar de olifanten (toeteren).'

Slide 15 - Open question

Schrijf de juiste vorm van de persoonsvorm op:
'Aiden (e-mailen) naar Saar dat hij op zondag altijd (bowlen).'

Slide 16 - Open question

Schrijf de juiste vorm van de persoonsvorm op:
'De computer (crashen) toen mijn vader per ongeluk een virus (binnenhalen).'

Slide 17 - Open question

In de zin is officiële taal gebruikt. Maak het simpeler.
'RSI is een verzamelnaam voor veel aandoeningen, die onder andere de handen, polsen, armen, schouders en nek kunnen betreffen.'

Slide 18 - Open question

In de zin is officiële taal gebruikt. Maak het simpeler.
'Tijdens de achtervolging loste de politie een waarschuwingsschot, maar desondanks zijn de inbrekers nog steeds voortvluchtig.'

Slide 19 - Open question

Welke woord past in de zinnen?
'Bij The Voice was het afgelopen jaar de ... volwassenen zeer succesvol.'

A
merendeel
B
evenement
C
speciaal
D
categorie

Slide 20 - Quiz

Welke woord past in de zin?
'Het ... van de flatbewoners wilde een voetbalveldje op het plein.'

A
merendeel
B
evenement
C
extreem
D
intelligent

Slide 21 - Quiz

Welke woord past in de zin?
'Omdat het ... warm was, is de marathon in Utrecht ingekort.'
A
speciaal
B
desondanks
C
extreem
D
merendeel

Slide 22 - Quiz