This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Samengestelde zinnen
Slide 1 - Slide
Doelen
Je kunt samengestelde zinnen herkennen.
Je kunt de persoonsvormen van een samengestelde zin vinden.
Je kunt een voegwoord in een samengestelde zin herkennen.
Slide 2 - Slide
De man heeft een auto gekocht.
Wat is de persoonsvorm van deze zin?
A
de man
B
heeft
C
een auto
D
gekocht
Slide 3 - Quiz
Weet je nog hoe je de persoonsvorm (pv) van een zin kunt vinden?
Slide 4 - Open question
Je kunt de pv vinden door
1. de zin vragend te maken.
De man heeft een auto gekocht.
Heeft de man een auto gekocht?
2. de zin in een andere tijd te zetten.
De man heeft een auto gekocht.
De man had een auto gekocht.
Slide 5 - Slide
Wat is de persoonsvorm in de zin?
Er komt een demonstratie bij de intocht van zwarte piet in Alkmaar.
Slide 6 - Open question
Wat is de persoonsvorm in de zin?
Afgelopen zondag wilden we graag een wandeling gaan maken.
Slide 7 - Open question
Wat is de persoonsvorm in de zin?
Waarom hebben we dat eigenlijk niet gedaan?
Slide 8 - Open question
Waar of niet waar
Het eerste woord van een vragende zin is altijd de pv.
A
waar
B
niet waar
Slide 9 - Quiz
Waar of niet waar?
Elke goede zin heeft een persoonsvorm.
A
waar
B
niet waar
Slide 10 - Quiz
Samengestelde zinnen
Je kunt twee zinnen aan elkaar plakken.
Je hebt dan één zin die bestaat uit twee zinnen.
We noemen dat een samengestelde zin.
Slide 11 - Slide
Ik ben vandaag met de bus. Het stormt vandaag hard. Met welk woord kun je deze 2 zinnen aan elkaar plakken? LET OP! De volgorde van de woorden mag niet veranderen.
Slide 12 - Open question
Ik ben vandaag met de bus. Het vandaag hard. stormt. Met welk woord kun je deze 2 zinnen aan elkaar plakken? LET OP! De volgorde van de woorden mag niet veranderen.
Slide 13 - Open question
Voegwoorden
Het woord dat je gebruikt hebt om de zinnen aan elkaar te plakken noemen we voegwoorden.
Slide 14 - Slide
Ik kan een samengestelde zin herkennen.
😒🙁😐🙂😃
Slide 15 - Poll
Ik kan de persoonsvormen van een samengestelde zin vinden.