Les over Taalverzorging 2F (BBL3)

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Welkom!

Opbouw van deze les:

- Doelen van deze les benoemen;
- Terugblik naar vorige week + het huiswerk bespreken in drietallen; 

- Instructie over het gebruik van hoofdletters, komma's en punten;
- Aan de slag met oefenopdrachten.

Doelen van deze les:

• Je oefent met het vervoegen van werkwoorden in de verleden tijd;  

• Je oefent met hoofdletters, komma's en punten in zinnen. Daarover weet je vandaag meer.

Je weet waarom woordenschat belangrijk is (in het leven en carrière). 

Terugblik naar de vorige les. Wat weet je nog? Vul elkaar aan!

1. Wat zijn sterke en zwakke werkwoorden?
2. Hoe vervoeg je zwakke werkwoorden in de verleden tijd?
3. De studenten ..............(vegen, vt) het stof van de tafels in de werkplaats.

Maak groepjes van drie studenten. 

Kijk samen de opdrachten na en probeer aan elkaar uit te leggen hoe je aan je antwoorden komt. Je mag gebruik maken van het Whiteboard.

De docent loopt rond en observeert in ieder groepje.  

Hoofdletters, komma's en punten

Wanneer een hoofdletter?

Iemand een idee?

Lees de volgende tekst

Lastig lezen hé 

Zonder hoofdletters en punten is een tekst moeilijk te lezen.

Het begin van een zin geef je aan met een hoofdletter.
Het einde van een zin geef je aan met een punt (en niet met een komma). 

Maar dat wisten jullie natuurlijk al ….   dus, niet meer vergeten!

Wanneer (ook) een hoofdletter?

Bijbel wordt met een hoofdletter geschreven als de naam van het heilige boek is bedoeld dat de basis vormt van het christelijk geloof. Het is met een kleine letter als er een tastbaar exemplaar wordt bedoeld. Voor Koran/koran, het islamitische equivalent, geldt hetzelfde.

Wanneer een komma?

Als je schrijft, moet je ervoor zorgen dat de lezer jouw tekst makkelijk kan lezen.  Je zet komma’s op plaatsen waar je een leespauze houdt. Je houdt o.a. een leespauze bij:
1.  In een opsomming: ‘Zij schrijft artikelen, essays, romans, verhalen en columns.’  ‘Oma had een mooie, oude, donkere linnenkast';

2. Voor en na een bijstelling: ‘Ollongren, de minister van Defensie, deed een nieuw voorstel’;
3. Na de aanhef boven een e-mail of brief: ‘Geachte heer/mevrouw,’ of ‘Beste allemaal,’;

4. Na een slotgroet onderaan een e-mail of brief: ‘Met vriendelijke groet,’ en ‘Hoogachtend,’;

5. Voor en/of na een aanspreking: ‘Sanne, heb je het naar je zin hier?’, ‘Lukt dat deze week nog, Ronald?’; 

Persoonsvormen

Het is ook gebruikelijk om tussen twee persoonsvormen een komma te zetten:

Wat zij gepresteerd heeft, is heel opmerkelijk.

Nu ik er langer over nadenk, vind ik het geen gek idee.

Aan de slag

Je krijgt een opdracht op papier.  Later in de les gaan we de antwoorden (na)bespreken.

Kopieer/plak hier opdracht B.

Een willekeurige tekst kiezen en samen lezen en beoordelen (hoofdletters, komma's en punten).

Evaluatie van de les

Wat heb je vandaag geleerd?

Heb je nog vragen of opmerkingen?

Hoe ging het vandaag?

Succes vandaag en tot volgende week!