Inversie

Inversie


Na deze les kun je de inversie-regel goed toepassen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Inversie


Na deze les kun je de inversie-regel goed toepassen

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Inversie
  • Woordvolgorde is omgedraaid: Gaat hij naar huis? 
  • Ook bij tijdsbepalingen zoals "nu," "straks," "morgen," etc. in zinnen als: Straks ga ik naar huis.
  • Of extra informatie: Als ik zin heb, ga ik naar huis.

Slide 3 - Slide

Voegwoord - persoonsvorm achteraan
  • "dat," "omdat," "doordat," "als," "wanneer," "indien," "tenzij," "hoewel,"
  • Ik eet een broodje, omdat ik honger heb.

Slide 4 - Slide

Maak een zin met:
zij - gehuurd - een auto - heeft

Slide 5 - Open question

Zet in de goede volgorde:
Artem studeert de hele nacht
heeft - omdat - een toets - hij

Slide 6 - Open question

sushi - Alina - maakt
Start de zin met: "Als er visite is...."

Slide 7 - Open question

Ik spaar geld
kan - op vakantie - zodat - ik

Slide 8 - Open question

Mo belt zijn vader
thuis - is - zodra

Slide 9 - Open question

Maak een vraagzin:
boven - een pizzeria - haar zus - woont

Slide 10 - Open question

gewonnen - de prijs - mijn neefje - heeft

Slide 11 - Open question

gewonnen - gisteren - de prijs - mijn neefje - heeft

Slide 12 - Open question

misschien - ik - morgen - langskomen - kan

Slide 13 - Open question

heb - op mijn laptop - ik - gekeken - een film

Slide 14 - Open question