4v-Genetica-Les5-10022021-hk

B4: Geslachtschromosomen
Genetica - Les 5
1 / 16
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

B4: Geslachtschromosomen
Genetica - Les 5

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Leerdoelen:
- je kunt beschrijven hoe recombinatie tot nieuwe combinaties van allelen leidt
- je kunt beschrijven op welke wijze geslachtschromosomen het geslacht bepalen
- je kunt een kruisingsschema maken voor X-chrom. overerving
- je kunt uit dit schema of stamboom frequenties van fenotypen en genotypen afleiden

Slide 3 - Slide

Geslachtschromosomen
Bij meeste dieren (en mensen!) bepaalt 1 paar chromosomen het geslacht (bijv. XX en XY)

- op X andere genen dan op Y


Slide 4 - Slide

In kruisingsschema:
XA
Xa
XA
XAXA
XAXa
Y
XAY
XaY

Slide 5 - Slide

In welke cellen komen geslachtschromosomen voor?
A
in geslachtscellen
B
in lichaamscellen
C
in geslachtscellen en in lichaamscellen
D
alleen in bevruchte eicellen

Slide 6 - Quiz

Van wie kreeg een jongen zijn X-chromosoom?
A
van zijn vader
B
van zijn moeder
C
van zijn oma van vaders kant
D
dat is niet te zeggen

Slide 7 - Quiz

Honingbijen
Honingbijen doen niet aan geslachtschromosomen. Darren (=mannetjes) ontwikkelen zich uit onbevruchte eitjes. Koninginnen (en werksters) uit bevruchte eitjes.
Voor honingbijen geldt: n = 16 

Slide 8 - Slide

Hoeveel chromosomen bevat de kern in een pootcel van een koningin?
A
16
B
24
C
32
D
8

Slide 9 - Quiz

Hoeveel chromosomen bevat de kern van een pootcel van een dar?
A
16
B
24
C
32
D
8

Slide 10 - Quiz

Zal bij de vorming van zaadcellen in een dar reductiedeling (meiose) plaatsvinden? Leg je antwoord uit.

Slide 11 - Open question

Een stamboom
Kijk naar opdracht 51 in je boek (blz. 152). Bekijk de stamboom en de stellingen van de leerlingen.

Slide 12 - Slide

Wat kun je zeggen over de uitspraak van leerling 1 tov. leerling 2 ?

Slide 13 - Open question

Wat kun je zeggen over de uitspraak van leerling 3?

Slide 14 - Open question

Voor een fruitvlieg geldt: n=4
Hoeveel verschillende genotypen kunnen geslachtscellen van een fruitvlieg bevatten?
(Ga er vanuit dat geen mutatie optreedt)
A
4
B
8
C
16
D
32

Slide 15 - Quiz

Huiswerk
Bestudeer B4: Geslachtschromosomen
Maak opdrachten 40 t/m 51
 ( Extra: Lees Context '1 X is genoeg' 
Maak opdrachten 52 t/m 54 )

Slide 16 - Slide