§6.5 Rekenen aan lenzen

Lesplanning
  1. Opstart 
  2. Practicum lenzenformule
  3. Nabespreken practicum
  4. Opgave 54 t/m 58

1 / 25
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Lesplanning
  1. Opstart 
  2. Practicum lenzenformule
  3. Nabespreken practicum
  4. Opgave 54 t/m 58

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les heb je ontdekt met welke formule je de plaats van een scherp beeld kan berekenen.

Slide 2 - Slide

Lenssterkte

Slide 3 - Slide

Lenssterkte
  • Een kleine brandpuntsafstand is een sterkte lens.
  • Een grote brandpuntafstand is een zwakke lens.

Slide 4 - Slide

Practicum lenzenformule

Slide 5 - Slide

Welk antwoord heb je in de laatste kolom van de tabel staan? Noteer bij de antwoord de lens die je gebruikt hebt (A, B of C).

Slide 6 - Open question

Hoe groot is de beeldafstand bij een voorwerpafstand van 20 cm. Noteer bij het antwoord de lens die je gebruikt hebt (A, B of C).

Slide 7 - Open question

Lenzenformule
f1=v1+b1
Met de lenzenformule kun je de brandpuntsafstand (f), de voorwerpafstand (v) of de beeldafstand (b) berekenen als je twee van de drie gegevens hebt.

Slide 8 - Slide

Huiswerk
Opgave 54 t/m 58 (digitaal)

Slide 9 - Slide

Lesplanning
  1. Uitleg lenzenformule
  2. Opgaven §6.5 maken

Slide 10 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les kan je rekenen met de ...
  • lenzenformule.

Slide 11 - Slide

Lenzenformule
f1=v1+b1
Met de lenzenformule kun je de brandpuntsafstand (f), de voorwerpafstand (v) of de beeldafstand (b) berekenen als je twee van de drie gegevens hebt.

Slide 12 - Slide

De lenzenformule omschrijven
f1=v1+b1
v1=f1b1
b1=f1v1
7 = 5 + 2
5 = 7 - 2
2 = 7 - 5

Slide 13 - Slide

Voorbeeldopgave 1
40 cm achter de lens wordt een scherp beeld geprojecteerd. Het voorwerp staat op 1,0 m voor de lens. Bereken de brandpuntsafstand.

Slide 14 - Slide

Voorbeeldopgave 1
b = 40 cm 
v = 1,0 m
f = ? 

f1=v1+b1
f1=1001+401=0,035

Slide 15 - Slide

Voorbeeldopgave 1
b = 40 cm 
v = 1,0 m
f = ? 

f1=v1+b1
f1=1001+401=0,035
f=0,0351=28,6=29cm

Slide 16 - Slide

Voorbeeldopgave 2
Stel we hebben een lens met een lenssterkte van 30 dpt. De voorwerpafstand is 8 cm. Hoe groot is de afstand waarop we het scherm moeten plaatsen zodat we een scherp beeld zien.

Slide 17 - Slide

Voorbeeldopgave 2
S = 30 dpt 
v = 8 cm
b = ? 

S=f1
f=S1=301=0,0333m=3,3cm

Slide 18 - Slide

Voorbeeldopgave 2
S = 30 dpt 
f = 3,3 cm
v = 8 cm
b = ? 

f1=v1+b1
331=81+b1
0,303=0,125+b1

Slide 19 - Slide

Voorbeeldopgave 2
S = 30 dpt 
f = 3,3 cm
v = 8 cm
b = ? 

f1=v1+b1
331=81+b1
0,303=0,125+b1
b1=0,3030,125=0,178

Slide 20 - Slide

Voorbeeldopgave 2
S = 30 dpt 
f = 3,3 cm
v = 8 cm
b = ? 

f1=v1+b1
331=81+b1
0,303=0,125+b1
b1=0,3030,125=0,178
b=0,1781=5,6cm

Slide 21 - Slide

Een projectielens van de beamer heeft een brandpuntsafstand van 15,0 cm. De afstand tussen de lens en de muur is 4,35 m. Bereken de voorwerpsafstand.
f1=v1+b1
[?]1=[?]1+v1
v1=[?]1[?]1
v =            cm 
15
15
4,35
4,35
435
435
15,5
6,43
0,155
0,643

Slide 22 - Drag question

Aan de slag
§6.5 digitaal
Loop je vast, lees §1.5 in je boek en bekijk het filmpje.

Slide 23 - Slide

Bespreken opgave ...

Slide 24 - Slide