Les 11 VO2 Yannick Peters

Les 11 VO2
Zaterdag 19 oktober 2024
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecondary Education

This lesson contains 20 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Les 11 VO2
Zaterdag 19 oktober 2024

Slide 1 - Slide

Toets
Jullie hebben een toets vandaag

Vandaag bereiden we ons hierop voor

Slide 2 - Slide

Samengestelde zin

Slide 3 - Slide

Samengestelde zin
  • Zinnen zijn of enkelvoudig of samengesteld
  • Enkelvoudige zinnen hebben maar één persoonsvorm
  • Samengestelde zinnen hebben meerdere persoonsvormen

Slide 4 - Slide

Samengestelde zin
  • Lavezzi (ow) zet de verwarming lager
  • {hoofdzin Lavezzi(ow) zet de verwarming lager}, want {hoofdzin zij(ow) heeft het warm}.
  • {(bijzinOmdat Lavezzi(ow) het warm heeft), hoofdzin zet zij (ow) de verwarming lager}.
  • Wat zijn de persoonsvormen in deze zin?

Slide 5 - Slide

Samengestelde zin
  • Lavezzi (ow) zet de verwarming lager
  • {hoofdzin Lavezzi(ow) zet de verwarming lager}, want {hoofdzin zij(ow) heeft het warm}.
  • {(bijzinOmdat Lavezzi(ow) het warm heeft), hoofdzin zet zij (ow) de verwarming lager}.
  • Wat zijn de persoonsvormen in deze zin?

Slide 6 - Slide

Bijvoeglijke bijzinnen

Slide 7 - Slide

Bijvoeglijke bijzinnen
Wat is ookalweer een bijvoeglijke bepaling?

Slide 8 - Slide

Wat is een bijvoeglijke bepaling in de zin:
"Mijn Nederlandse oma heeft een oude wereldbol'
A
Mijn
B
Nederlandse
C
oude
D
allemaal

Slide 9 - Quiz

Bijvoeglijke bijzinnen
Beginnen met woorden zoals die/dat/wie/wat

Heeft een eigen persoonsvorm

Kunnen niet op zichzelf bestaan

Slide 10 - Slide

Bijvoeglijke bijzinnen
Zinnen kunnen ook bijvoeglijke bepalingen zijn

Mijn Nederlandse oma heeft een oude wereldbol

Slide 11 - Slide

Bijvoeglijke bijzinnen
Zinnen kunnen ook bijvoeglijke bepalingen zijn

De vrouw 1die mijn oma is 2die uit Nederland komt heeft een wereldbol 3die oud is

Slide 12 - Slide

Zinsdeelzinnen

Slide 13 - Slide

Zinsdeelzinnen
Zinnen die hele zinsdelen zijn in een grotere zin

Slide 14 - Slide

Zinsdeelzinnen
Mijn vriend David vertelde mij iets interessants
Ik mag hen niet zo
Dan ga ik naar huis

Slide 15 - Slide

Zinsdeelzinnen
Hebben altijd hun eigen persoonsvorm

Slide 16 - Slide

Bijvoeglijke bijzinnen
De vrouw 1die mijn oma is 2die uit Nederland komt heeft een wereldbol 3die oud is

Slide 17 - Slide

Zinsdeelzinnen
Mijn vriend David vertelde mij [dat het uit is]
Ik mag [mensen die veel klagen] niet zo
[Als de treinen weer vertrekken] ga ik naar huis

Slide 18 - Slide

Zinsdeelzinnen
onderwerpszin (ow-zin);
  • [Zij die gaan sterven] groeten u
lijdendvoorwerpszin (lv-zin);
  • Martijn gaat [mensen die het moeilijk hebben] helpen
meewerkendvoorwerpszin (mv-zin);
  • Ik geef het aan [degene die al haar huiswerk maakt]
bijwoordelijkebepalingszin (bwb-zin), 
  • Ik ga naar waar de wind mij brengt


Slide 19 - Slide

Bijvoeglijke bijzinnen
Zinnen kunnen ook bijvoeglijke bepalingen zijn

Mijn Nederlandse oma heeft een oude wereldbol

Slide 20 - Slide