What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Spelling - Blok 8 Week 2 Les 1
Welk woord is GOED gespeld?
A
apnormaal
B
autoexport
C
groentensoep
D
ideaal
1 / 23
next
Slide 1:
Quiz
Spelling
Basisschool
Groep 8
This lesson contains
23 slides
, with
interactive quizzes
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welk woord is GOED gespeld?
A
apnormaal
B
autoexport
C
groentensoep
D
ideaal
Slide 1 - Quiz
Welk woord is GOED gespeld?
A
kamper
B
keeper
C
china
D
benzinepreisen
Slide 2 - Quiz
Welk woord is FOUT gespeld?
A
monniken
B
kieviten
C
dreumissen
D
haviken
Slide 3 - Quiz
Welk woord is FOUT gespeld?
A
medaile
B
racket
C
goal
D
stopwatch
Slide 4 - Quiz
Vul de juiste vervoeging in:
Hij .......... zich. (verpraten, VT)
Slide 5 - Open question
Vul de juiste vervoeging in:
Wij .......... de gemaakte foto. (vergroten, VT)
Slide 6 - Open question
christelijk
bangerd
Mila's schort
dynamo's
kilowoord
luchtwoord
l
lollywoord
zingwoord
Slide 7 - Drag question
Welk woord is GOED gespeld?
A
berensterk
B
muesli
C
limoesine
D
penaltie
Slide 8 - Quiz
De zin vragend maken, dan komt de ..... vooraan in de zin te staan.
Wie/Wat + gezegde + onderwerp.
Aan wie of voor wie.
Alle werkwoorden in de zin.
Wie doet iets in de zin?
persoonsvorm
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
gezegde
onderwerp
Slide 9 - Drag question
Welke spelling
categorieën hebben we?
Slide 10 - Mind map
Vul de juiste vervoeging in:
Wij hebben ons .......... . (uitsloven, VD)
Slide 11 - Open question
Vul de juiste vervoeging in:
Is je tante naar huis .......... ? (rijden, VD)
Slide 12 - Open question
Welk woord is GOED gespeld?
A
beeïndigen
B
beëindigen
Slide 13 - Quiz
Welk woord is GOED gespeld?
A
chic
B
chique
Slide 14 - Quiz
Welk woord is FOUT gespeld?
A
mythe
B
miethe
Slide 15 - Quiz
Welk woord is GOED gespeld?
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
knappert
B
capechon
C
capuchon
D
knapperd
Slide 16 - Quiz
Welk woord is GOED gespeld?
A
crèche
B
crash
C
créche
D
kresh
Slide 17 - Quiz
Waar of niet waar?
Brancard is een leenwoord.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quiz
Waar of niet waar?
Coureur is een leenwoord.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quiz
Waar of niet waar?
Directrice is een leenwoord.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quiz
Noem minstens één voorbeeld van een leenwoord.
Slide 21 - Open question
Wat vonden jullie van de les?
Geef eerlijk je mening.
Slide 22 - Open question
Heb je iets van de les geleerd?
Ja
Nee
Slide 23 - Poll
More lessons like this
herhaling
June 2022
- Lesson with
18 slides
Spelling
Basisschool
Groep 8
Oefentoets leenwoorden
November 2020
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Leestekens, gebiedende wijs, leenwoorden, Engelse ww
October 2022
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Leestekens, gebiedende wijs, leenwoorden, Engelse ww
January 2024
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Quiz leenwoorden & spelling Engelse werkwoorden
January 2022
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Leestekens, gebiedende wijs, leenwoorden, Engelse ww
October 2023
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
havo 2 H2 Spelling Engelse werkwoorden
October 2021
- Lesson with
31 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Sinterklaasquiz groep 5 - VO4
December 2020
- Lesson with
19 slides
Nederlandse taal
Primary Education
Secondary Education