This lesson contains 22 slides, with interactive quiz and text slides.
Items in this lesson
H3.3 Moleculaire stoffen
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
H3: bouw van de materie
Slide 4 - Slide
Atoom-nummer/massa
Proton:
Kern, positief, 1 massa
Neutron:
Kern, neutraal, 1 massa
Elektron:
beweegt om kern, negatief, geen massa
atoomnummer = aantal protonen
atoommassa = aantal protonen + neutronen
Slide 5 - Slide
Belangrijk!
Stoffen kunnen bestaan uit:
Alleen maar metalen --> Metalen
Alleen maar niet-metalen --> Moleculaire stoffen
Metalen en niet-metalen --> Zouten
Slide 6 - Slide
Leerdoelen H3.3 Moleculaire stoffen
Aan het eind van deze paragraaf kan ik:
Uitleggen hoe moleculaire stoffen zijn opgebouwd
wat de eigenschappen zijn van moleculaire stoffen
wat het verschil is tussen ontleedbare en niet-ontleedbare stoffen
beschrijven wat ionen zijn
Eerst nog een stukje herhaling van H3.2
Slide 7 - Slide
Formule dichtheid
De dichtheid is de hoeveel massa van dat materiaal in een bepaald volume.
Dichtheid = Massa : Volume
ρ = dichtheid [ g/cm3 ]
m = massa [ g ]
V = volume [ cm3 ]
Slide 8 - Slide
Nu zelf Oefenen
Een blokje heeft een massa van 750 gram. Het blokje heeft een volume van 375 cm3
Wat is de dichtheid van het blokje?
Gegevens:
m = 324 g ;
V = 4 x 3 x 10 = 120 ml = 120 cm3
Gevraagd:
Dichtheid (ρ) = ? g/cm3
Formule:
ρ = m:V
Uitwerking:
ρ = 324 : 120 = 2,70 g/cm3
Antwoord:
De dichtheid is 2,70 g/cm3
Opzoeken in de binas 15 =>
Het blokje is van aluminium gemaakt
Slide 9 - Slide
Moleculaire stoffen
Zijn stoffen die opgebouwd zijn uit atomen van NIET-metalen
Slide 10 - Slide
Eigenschappen Moleculaire stoffen
Laag smelt- en kookpunt
Geleiden warmte en elektriciteit SLECHT/NIET
Glanzen niet
vaak brandbaar
Vaak vloeibaar/gas bij kamertemperatuur
Lossen vaak NIET op in water
Kleine dichtheid
voorbeelden: plastic-hout-olie-vet-brandstoffen
Slide 11 - Slide
Zouten, (zuren en basen)
Zijn stoffen die opgebouwd zijn uit atomen van Metalen én NIET-metalen
Slide 12 - Slide
Eigenschappen Zouten
Bestaat uit een Metaal en een Niet-metaal atomen
Atomen hebben een lading => worden IONEN genoemd
Bij Scheikunde gaan ze hier dieper op in
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Ander voorbeeld
Alcohol bestaat uit
2 koolstof atomen (C)
6 waterstof atomen (H)
1 zuurstof atoom (O)
Slide 15 - Slide
Ontleden
Moleculen "kapotmaken" zodat er nieuwe moleculen ontstaan
Je start met 1 soort moleculen vóór de pijl!
Slide 16 - Slide
Stoffen ontleden
Een molecuul kun je kapot maken. Bij het ontleden van water, worden watermoleculen kapot gemaakt.
Het ontleden van een stof is een chemische reactie.
Als je water ontleedt, krijg je waterstof en zuurstof
Extra
Bij het ontleden van een stof ontstaan er nieuw stoffen. De losse bouwstenen vormen nieuwe combinaties. Voor de pijl heb je namelijk 6 watermoleculen en na de pijl heb je 3 zuurstofmoleculen en 6 waterstofmoleculen.
Slide 17 - Slide
Wat is ontleden?
A
Kapot maken van atomen
B
Scheiden van moleculen
C
Opsplitsen van moleculen
D
Verbranden van atomen
Slide 18 - Quiz
Atoom-nummer/massa
Proton:
Kern, positief, 1 massa
Neutron:
Kern, neutraal, 1 massa
Elektron:
beweegt om kern, negatief, geen massa
atoomnummer = aantal protonen
atoommassa = aantal protonen + neutronen
Slide 19 - Slide
phet.colorado.edu
Slide 20 - Link
Onthouden:
Het atoomnummer = aantal protonen
Het massagetal = aantal protonen + neutronen
Het aantal protonen is gelijk aan het aantal neutronen