Kies een casus uit die bij jou past. Aan de hand van de casus maak je een observatieplan.Situatie jeugdzorg:
Jij bent begeleider in een jeugdzorg instelling. Jij werkt op de groep met jongens en meisjes van 8-12 jaar. Nancy, een meisje van 9, laat de hele dag al vervelend gedrag zien. Zij is heel druk, schreeuwt veel, huilt erg vaak en wil nergens aan meedoen. Wanneer jij met een groepje kinderen een spel aan het spelen bent, komt zij steeds langs om te schreeuwen dat het stom is en dat iedereen gek is. Zij wil zelf niet meedoen met het spelletje. Zij pakt voortdurend spelmateriaal van kinderen af.
Situatie kinderopvang:
Jij bent begeleider in een kinderdagverblijf. Jij werkt op de peutergroep. Aline, een meisje van 3 is de hele dag al vervelend. Zij is heel druk, schreeuwt veel, huilt erg vaak en wil nergens aan meedoen. Wanneer jij met een groepje kinderen aan het plakken bent komt zij steeds langs om te schreeuwen dat het niet mooi is. Zij wil zelf niet meedoen aan het plakken. Zij pakt voortdurend speelgoed van kinderen af.
Wat vond je het meest makkelijk bij het maken van een plan?
Wat vond je het meest moeilijk bij het maken van een plan?