2km taalverzorging grammatica les 1

Welkom!

Ga op je plek zitten en pak je spullen. 

  • lesboek Nieuw Nederlands
  • schrift
  • etui
  • leesboek (C of hoger) 
Wacht rustig tot de les begint. 
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!

Ga op je plek zitten en pak je spullen. 

  • lesboek Nieuw Nederlands
  • schrift
  • etui
  • leesboek (C of hoger) 
Wacht rustig tot de les begint. 

Slide 1 - Slide

Programma
1. opening/welkom
2. mededelingen
3. stil lezen
4. instructie
5. oefening met klas
6. zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

Leesautobiografie
Tips: 
zoeken op onderwerp
boetes voorkomen: in Magister / agenda

Slide 3 - Slide

Stil lezen
Pak je boek. 
Je blijft stil. 
Ik zie je lezen.
timer
10:00

Slide 4 - Slide

Lesdoelen 
Ik kan de persoonsvorm, het onderwerp en het gezegde in een zin vinden. 

Slide 5 - Slide

Grammatica: waarom?
  • Muiswerk
  • Andere talen

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Aant. bij blz. 28
Persoonsvorm (pv) 
  • vraagproef: Maak de zin vragend. Het ww dat vooraan komt te staan, is de pv. (Werkt niet bij veel vraagzinnen!)
  • tijdproef: zet de zin in een andere tijd. het ww dat verandert is de pv. 

Slide 8 - Slide

voorbeeld:
Ik wil samen met Luuk een nieuwe broek kopen. 

  • Vraagproef: Wil ik samen met Luuk een nieuwe broek kopen?
  • Tijdproef: Ik wilde samen met Luuk een nieuwe broek kopen. 
  • pv = wil 

Slide 9 - Slide

Aant. bij blz. 28
Onderwerp (ow) = wie of wat + pv? 
Soms meerdere woorden!
  • Ik wil samen met Luuk een nieuwe broek kopen. 
  • wie of wat + wil? Ik 
  • pv = ik 
  • Zijn grote, fantastische broer wil samen met Luuk een nieuwe broek kopen. 
  • Wie of wat + wil? Zijn grote, fantastische broer. 
  • pv = zijn grote, fantastische broer

Slide 10 - Slide

Aant. bij blz. 28
Gezegde (gez)=
  • Noteer alle ww in de zin. 

  • Ik wil samen met Luuk een nieuwe broek kopen. 
gez. = wil kopen

Slide 11 - Slide

Opdracht 2 samen
  1. pv = brak, ow = ik, gez = brak
  2. pv = heeft, ow = Annelinde, gez = heeft gekocht
  3. pv = wordt, ow = cola light, gez = wordt verkocht
  4. pv = hebben, ow = Yentle en Cecilia, gez = hebben
  5. pv = krijgt, ow = mijn tachtigjarige opa, gez = krijgt
  6. pv = moet, ow = iedereen, gez = moet zijn

Slide 12 - Slide

Zelfstandig werken 

1. Maak opdracht 1, 3, 4 en 5. 

2.Oefen in Numo met lezen of lees je boek. 








timer
30:00

Slide 13 - Slide

Evaluatie les
  1. Wat heb je deze les geleerd?
  2. Wat ging deze les goed?
  3. Waar gaan we de volgende les met elkaar op letten / voor zorgen?

veilig - vriendelijk - verantwoordelijk - optimaal - ongestoord

Slide 14 - Slide

Lesdoelen 
Ik kan de persoonsvorm, het onderwerp en het gezegde in een zin vinden. 

Slide 15 - Slide

Opruimen en vertrekken
Stop al je spullen in je tas. (Als de docent dit zegt!)
Is je tafel helemaal leeg en schoon?
Is de grond onder en rondom je tafel helemaal opgeruimd?

Wacht tot je docent zegt dat je mag vertrekken. 
Zet je tafel recht en schuif je stoel aan. 
Verlaat rustig het lokaal. 

Slide 16 - Slide