V5 Weduwe van Ephese

rr. 1 t/m 5
1 / 11
next
Slide 1: Slide
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

rr. 1 t/m 5

Slide 1 - Slide

Spectaculum sui

Wat wordt hiermee bedoeld?
A
Matrona quaedam
B
pudicitia
C
vicinarum gentium
D
feminas

Slide 2 - Quiz

r.2: spectaculum suae
Beargumenteer dat dit ironisch is bedoeld.

Slide 3 - Open question

rr.2-4: welke vorm van rouwmisbaar hoort er niet bij?
A
funus prosequi
B
crines patiri
C
nudatum pectus plangere
D
in conditorium prosequi

Slide 4 - Quiz

r.6: mortem

Wat is de functie?
A
bvb -> persequentem
B
LV -> persequentem
C
LV -> adflictantem
D
dvb -> se

Slide 5 - Quiz

rr. 3-7: welke hoort er niet bij?
A
prosequi
B
custodire
C
abducere
D
propinqui

Slide 6 - Quiz

r.15: quis

'Na nisi, si en num en ne gaat XXX niet met quisje mee.'Wat is XXX
A
alo-
B
-dem
C
ali-
D
dativus

Slide 7 - Quiz

r.18: conditorium

Haal minstens twee andere woorden uit de tekst die naar hetzelfde verwijzen.

Slide 8 - Open question

r.29: proderit

De corresponderende vorm in het imperfectum luidt:
A
proderat
B
prodeam
C
probat
D
prodebat

Slide 9 - Quiz

r.30: fueris, spelieris, effuderis

Deze vormen staan in welke tijd?
A
perfectum
B
plqpf
C
fut
D
futex

Slide 10 - Quiz

r.32: lucis commodis

Welke naamval wordt hier gebruikt?
A
gen.
B
acc.
C
abl.
D
dat.

Slide 11 - Quiz