Elevator Pitch - Les 1: Titel, personages, thema

Elevator Pitch
Nederlands - 1hv
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Elevator Pitch
Nederlands - 1hv

Slide 1 - Slide

Wat vooraf ging ...
De begrippen van blok 1, 2 & 3 op een rij: 
  • fictie en non-fictie
  • leesvoorkeur bepalen
  • hoofdpersoon en bijfiguren
  • genre
  • tijd in verhalen
  • vertelde tijd
  • beoordelingswoorden gebruiken

Slide 2 - Slide

De opdracht
Ook deze periode heb je weer een boek gelezen (misschien ben je nog aan het lezen). Deze keer houd je een korte, overtuigende presentatie over het boek. Dat noem je een elevator pitch.

Het doel van jouw presentatie is om ervoor te zorgen dat iedereen het boek wil lezen
De presentatie duurt tussen de 3 - 5 minuten. Ben je met z'n tweeën? Dan duurt de presentatie tussen de 8 - 10 minuten. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Vooruitblik
Aan het einde van deze les weet je ...

... wie de hoofdpersoon in jouw boek is en wie de bijpersonen zijn.
... wat de relaties tussen deze personages zijn.
... hoe de titel van jouw boek bij het boek past.
... wat het thema/de thema's van jouw boek zijn.

Kortom: Aan het einde van deze les heb je een begin gemaakt aan jouw elevator pitch!

Slide 5 - Slide

Aan de slag!

Daar gaan we! 
Tijd om aan de slag te gaan.

Slide 6 - Slide

Titelverklaring 

De titel verklaren Uitleggen hoe de titel bij het boek past.

Letterlijk/figuurlijk Een titel kun je letterlijke en/of figuurlijk uitleggen. 

Thema, persoon, plaats, gebeurtenis De titel heeft vaak iets met het thema (onderwerp van het boek) te maken. De titel kan ook naar een persoon, plaats of gebeurtenis uit het boek wijzen.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Thema

Verhalen gaan over een onderwerp. Dat noem je een thema

In één verhaal kunnen meerdere thema's voorkomen.



Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video