Les 3 P5 OM

Welkom! 
 
Omgangskunde
Leerjaar 2 


1 / 17
next
Slide 1: Slide
VerzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Welkom! 
 
Omgangskunde
Leerjaar 2 


Slide 1 - Slide

Waarom is de relatie tussen een assistent en patiënt niet gelijkwaardig?

Slide 2 - Open question

Hoe kan een persoon zich in een conflictsituatie uiten? Benoem 2 voorbeelden:

Slide 3 - Open question

4.2 Soorten conflicten
-> De aanleiding om ergens boos op te reageren kan verschillend zijn
-> We maken onderscheid tussen drie soorten conflicten

Slide 4 - Slide

Conflicten die gaan over de wijze waarop instellingen zijn georganiseerd
-> Als patiënten lang in de wachtkamer moeten wachten tot ze aan de beurt zijn, kan dat tot boze reacties leiden
-> Afspraken lopen uit

-> Regels en procedures van instellingen kunnen ook aanleiding zijn voor conflicten: soms worden ze te star gehanteerd, soms te soepel 

Slide 5 - Slide

Belangenconflicten 
-> Het belang van de patiënt kan verschillen van dat van de assistent
-> Een patiënt die deze week geholpen wil worden, terwijl de agenda al helemaal volstaat
-> Of de patiënt die denkt baat te hebben bij een bepaalde operatie, terwijl de specialist daar niets in ziet

Slide 6 - Slide

Relationele conflicten 
-> Twee mensen die elkaar niet aardig vinden, niet goed met elkaar praten, elkaar al veroordeeld hebben voor het gesprek is begonnen, zullen gemakkelijker ruzie krijgen dan twee mensen die elkaar graag mogen

Slide 7 - Slide

4.3 Oorzaken van conflictgedrag
-> Als een instelling slecht georganiseerd is, hoef je daar nog geen conflict van te maken
-> Je kunt je ongenoegen uiten en daarover onderhandelen
-> Of je kunt een persoon die je niet mag feedback geven over zijn gedrag, daarover een gesprek hebben, zonder dat het tot een conflict komt

Slide 8 - Slide

4.3 Oorzaken van conflictgedrag
-> Wanneer kunnen situaties dan wel conflicten worden?
-> Dat kan aan omstandigheden of emoties liggen
->De oorzaak van conflicten kunnen factoren zijn die met de patiënt zélf te maken hebben:

Slide 9 - Slide

Psychische factoren
-> Bepaalde emoties kunnen gedrag veroorzaken dat gemakkelijk tot conflicten leidt
-> Denk aan angst, onmacht, onzekerheid, frustraties, ergernis
-> Iemand met een gezondheidsprobleem waarvan het verloop onduidelijk is, heeft genoeg redenen om zich onzeker of angstig te voelen

Slide 10 - Slide

Sociale factoren
-> Hierbij gaat het om maatschappelijke problemen, zoals werkloos zijn of afgekeurd worden, ofwel voor een bepaalde behandeling in aanmerking komen, maar er geen geld voor hebben

Slide 11 - Slide

 Fysieke factoren 
->Het gaat hier om lichamelijke omstandigheden, bijvoorbeeld het feit dat je ziek bent of pijn hebt
-> Als je een behandeling moet ondergaan, kan dat er de oorzaak van zijn dat alle gebeurtenissen alleen nog maar kunnen worden waargenomen vanuit de ziekte of de pijnervaring
->Bedenk maar dat wanneer je pijn hebt, wachten veel langer lijkt te duren dan wanneer je geen pijn hebt

Slide 12 - Slide

Culturele factoren
->  Als de normen en waarden waarmee je bent opgegroeid verschillen van Nederlandse normen en waarden, kan dat tot onbegrip leiden of tot onzekerheid
-> Ook ander ziekte besef of de wens op een andere wijze behandeld te worden, kan aanleiding voor conflicten zijn 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Zelf casussen spelen

-> Jullie krijgen 2 casussen
-> Maak groepjes van 3 
-> Speel de casussen na en neem het met je mobiel op

Slide 15 - Slide

Nabespreking 

-> Hoe is de les verlopen?
-> Wat zouden jullie de volgende keer anders willen?
-> Zijn er vragen? 

Slide 16 - Slide

Next Week! :) 

-> Hoofdstuk 4.4: Benoemen van gevoelens in conflictsituaties

Slide 17 - Slide