Persoonsvorm verleden tijd

Welkom!
Vandaag:
- Persoonsvorm in de verleden tijd

Het doel van vandaag:
Je spelt de persoonsvorm in de verleden tijd correct
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Welkom!
Vandaag:
- Persoonsvorm in de verleden tijd

Het doel van vandaag:
Je spelt de persoonsvorm in de verleden tijd correct

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen vandaag?
* Theorie persoonsvorm in de verleden tijd
* Klassikale opdracht
* Zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Korte terugblik op vorige week
- Hoe vind je de persoonsvorm ook alweer?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Korte terugblik op vorige week
- Hoe vind je de persoonsvorm ook alweer?

Tijdproef
Getalproef

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Korte terugblik op vorige week
drie mogelijkheden (vormen)
Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

1/3: Persoonsvorm tegenwoordige tijd
De verzorgende … (besteden) altijd extra aandacht aan hygiëne.
A
besteedt
B
besteed
C
besteet
D
besteden

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

2/3: Persoonsvorm tegenwoordige tijd
... (Worden) nu lid!
A
Wordt
B
Word
C
Wort
D
Worden

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

3/3: Persoonsvorm tegenwoordige tijd
... (Beantwoorden) jij de mail van de arts?
A
Beantwoordt
B
Beantwoord
C
Beantwoort
D
Beantwoorden

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Persoonsvorm verleden tijd
Het Nederlands heeft sterke en zwakke werkwoorden
Sterke werkwoorden krijgen in de verleden tijd een klankverandering en je schrijft ze zo kort mogelijk.
Lopen - liepen
Slapen - sliepen
Geven - gaven
Kijken - keken

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Persoonsvorm verleden tijd
Het Nederlands heeft sterke en zwakke werkwoorden
Zwakke werkwoorden spel je in de verleden tijd als ik-vorm+te(n) of ik-vorm+de(n).
Let op of het onderwerp enkelvoud of meervoud is.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Wanneer +te(n) en wanneer +de(n)?
Maak het woord langer. Dan hoor je meestal of je +te(n) of +de(n) moet gebruiken.


Leven
Ik leef. Ik leefde of ik leefte? Deze hoor je gelijk.

Wat doe je als je twijfelt?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Wanneer +te(n) en wanneer +de(n)?
Twijfel je?
-->  ’t ex-fokschaa


Haal -en van het werkwoord af.
* Laatste letter een t, x, f, k, s, ch, p? --> ik-vorm +te(n)

* Laatste letter geen t, x, f, k, s, ch, p? --> ik-vorm + de(n)

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Is het ik juichde of ik juichte?
A
juichde
B
juichte

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Let op bij werkwoorden met een v of z:
 
beloofde of beloofte?
beloven: ‘v’ hoort niet bij ’t ex-fokschaap, dus beloofde
reisde of reiste? reizen: ‘z’ hoort niet bij ’t ex-fokschaap, dus reisde
Kijk dus altijd naar het hele werkwoord

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Vul de persoonsvorm verleden tijd in:
De docent ... (starten) de les en ... (controleren) het huiswerk.

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Vul de persoonsvorm verleden tijd in:
De verpleegkundige ... (beantwoorden) de vraag en ik ... (schrijven) het antwoord op.

Slide 16 - Open question

This item has no instructions

Opdracht
In groepjes van maximaal 3 personen
Maak je eigen ezelsbruggetje! 
Pen en papier of in Word. Je mag hulp gebruiken van internet
(of ChatGPT)

Klaar? Bezig met opdrachten 2.2 Taalverzorging - Persoonsvorm in de verleden tijd
Dan gaan we de verschillende uitkomsten bespreken
Jullie hebben 7 minuten de tijd
timer
7:00
t x f k s c h p
+ klinkers

Slide 17 - Slide

't ex-kofschip
xtc-koffieshop
softketchup x
keitof ex-hospice
ex-koffiekopscheet



sexy uitschuifpik

Volgende les
  • Voltooid deelwoord en Engelse woorden

Huiswerk
  •  2.2 Taalverzorging - Persoonsvorm in de verleden tijd (volgens de planning)

Slide 18 - Slide

This item has no instructions