Klas 1MHb - les 18 - 11-11-2024 - GR WS §7 voorzetsel

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Welkom bij Nederlands

Todo:

• liggen de spullen die je nodig hebt op tafel?
  

Op tafel heb je liggen:

• lesboek
  
• schrift
  
• pen

Wat gaan we deze les doen

• Huiswerk bespreken GR WS §5 (blz. 208)
• Uitleg §7 - voorzetsels.

       

Bespreken huiswerk

GR WS §5 (blz. 208): opdrachten 2 t/m 5.

Na het maken van WS § 7 kan/weet ik:

• voorzetsels herkennen en gebruiken.

Doel

GR WS (blz. 212) §7 Voorzetsel

Wat weten jullie nog over of van voorzetsels?

GR WS (blz. 212) §7 Voorzetsels

Voorzetsels (vz): 

geven vaak aan:

• plaats
• tijd
• reden of oorzaak

• Altijd in combinatie met zelfstandig naamwoord (zn).
• Voor een lidwoord (blw of olw) + zelfstandig naamwoord (zn)
• Soms achter een zelfstandig naamwoord (zn)

GR WS (blz. 212) §7 Voorzetsels

Vaste voorzetsels....

• Bij sommige werkwoorden (ww)
• Wij kijken naar de film.
• Iedereen houdt van spruitjes.

• Wie kan er nog een vaste combinatie bedenken?

Wat:

GR WS (blz. 211) §7:

Maak opdracht 1 in je boek. 

Hoe:

Je werkt alleen.

Klaar:

Ga alvast verder met opdracht 2.

We nemen opdracht 1 samen door. 

 

Hulp nodig?

Kijk naar het stoplicht

rood: stil! 

Vraag het de docent als

je het echt niet meer weet.

geel: fluisterniveau 

Voor deze opdracht overleg je zachtjes met je buurman of buurvrouw.

groen:  fluisterniveau 

Kom je er zelf echt niet uit overleg dan met je buurman/buurvrouw of vraag het de docent .

Aan het werk!

Wat:

GR WS (blz. 211) §7:

Maak opdracht 2. 

Hoe:

Je mag samenwerken met je buurman/buurvrouw.

Je mag ook alleen werken.

Klaar:

Ga verder met opdrachten 3 t/m 5

(opdrachten 4 en 5 moeten in je schrift gemaakt worden).

 

Hulp nodig?

Kijk naar het stoplicht

rood: stil! 

Vraag het de docent als

je het echt niet meer weet.

geel: fluisterniveau 

Voor deze opdracht overleg je zachtjes met je buurman of buurvrouw.

groen:  fluisterniveau 

Kom je er zelf echt niet uit overleg dan met je buurman/buurvrouw of vraag het de docent .

Aan het werk!

Na het maken van § 5 kan/weet ik:

• voorzetsels herkennen en gebruiken.

Ik loop naar de koelkast om cola te pakken.

Frits fietst om het huis naar de tuin.

Ik houd van mijn kleine paardje. 

Doel

Huiswerk

donderdag 14 november

Maken:

GR WS §7 (blz. 204): opdrachten 1 t/m 5.

Opdrachten 4 en 5 maak je in schrift. De andere opdrachten mogen in je boek gemaakt worden.

Na het maken van de opdrachten kijk je deze zelf na. Ik kan dat bij controle ook zien in je schrift/boek.