Grammatica: les 2 week 1

• Spelling
• Grammatica
• Basisschool
• Groep 3-5

Grammatica: les 2 week 1

doel:

je leert sterke en zwakke werkwoorden

weet je al wat sterke en zwakke werkwoorden zijn?

aanpak:

sterke: je kan de woorden in een andere tijd niet veranderen

zwakke: je kan de woorden in een andere tijd veranderen

welke is sterk en welke zwak?

lopen                                         zitten

staan                               zien

lachen        praten

weet je al een beetje van sterke en zwakke werkwoorden?

vraag 1: welke 2 zijn zwak?

1. eten
2. lachen
3. praten
4. liggen

vraag 2: welke 2 zijn zwak?

1. lopen
2. lachen
3. zitten
4. plagen

vraag 3: welke 2 zijn sterk?

1. lachen
2. plagen
3. eten
4. praten

vraag 4: welke 2 zijn sterk?

1. leest
2. rijd
3. danst
4. praten

vraag 5: is dit woord sterk of zwak?
dicht doen

1. sterk
2. zwak

wat betekend sterk werkwoord?

en zwak werkwoord?

conclusie:

je hebt vragen gemaakt over sterk en zwak werkwoord.

en sterk is dat het niet kan veranderen en zwak is dat het kan veranderen.

meer oefenen?

ga naar google en typ:www.spellingoefenen.nl

dit was de les

in de volgende les hebben we het over werkwoorden in de tegewoordige tijd en verleden tijd.