schrijfdossier opdracht 15

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Schrijfopdracht 15

Inleveren donderdag 1 april

boekje schrijfstijl pagina 21-29

Enkelvoudige zin

Zin met maar één persoonsvorm

Persoonsvorm vind je door getal-, tijd of vraagproef

Samengestelde zin

Zin met twee of meerdere persoonsvormen

Persoonsvorm vind je door getal- of tijdproef. Bij vraagproef komt er maar één persoonsvorm vooraan te staan.

Samengestelde zin, hoofdzin

In de hoofdzin staat onderwerp en persoonsvorm naast elkaar. Als je het woord niet er tussen plaatst is het geen goede zin meer.

 Hij fietst niet meer naar school, want hij is geblesseerd.

Hij fiets niet meer naar school, omdat hij lui is.

Samengestelde zin, bijzin

In de bijzin staat onderwerp en persoonsvorm niet naast elkaar of je kunt het woord niet tussen onderwerp en persoonsvorm plaatsen.

Bijzin kan je vervangen door  één woord!

Hij fiets niet meer naar school, omdat hij lui is.

Samengestelde zin

Een samengestelde zin bevat minimaal één hoofdzin.

Samengestelde zin, onderschikking

De zin bestaat uit een hoofdzin met daarbij één of meerdere bijzinnen.

Gebruik van onderschikkende voegwoorden;

(of), omdat, nadat, toen, terwijl, om, doordat, zodat, zodra, als, toen, hoewel, tenzij, voor zover.

Samengestelde zin, nevenschikking

De zin bestaat uit meerdere hoofdzinnen. 

Gebruik van nevenschikkende voegwoorden:

en, maar, dus , want (of)

Hoe vind je de persoonsvorm in een samengestelde zin?

1. Getal- en vraagproef
2. getal- en tijdproef
3. Vraag- en tijd proef
4. getal-, vraag en tijdproef

Hoe kan je een hoofdzin of een bijzin herkennen

1. Plaats van onderwerp en persoonsvorm
2. Gebruik van bepaalde voegwoorden
3. Plaats van onderwerp en persoonsvorm, voegwoorden
4. Betekenis van de zin

Morgen komt haar vriend naar Nederland, want de grenzen voor buitenlandse geliefdes zijn weer open.

1. Enkelvoudige zin
2. Samengestelde zin, nevenschikking
3. Samengestelde zin, onderschikking

De lessen die nu op school plaatsvinden, zijn voor de meeste leerlingen beter te volgen dan online.

1. één persoonsvorm
2. twee persoonsvormen
3. drie persoonsvormen

De lessen die nu op school plaatsvinden, zijn voor de meeste leerlingen beter te volgen dan online.

1. enkelvoudige zin
2. samengestelde zin, nevenschikking
3. samengestelde zin, onderschikking

Aan de slag

Maken 3,1, 3,3 en 3,4