Coördinerende taken

1 / 43
next
Slide 1: Slide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 3

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Verschil coördinerende & beheertaken
Beheertaken: werkzaamheden en verantwoordelijkheden die komen kijken bij het beheren van een kindcentrum

Coördinerende taken: taken waarin jij bepaalde verantwoordelijkheden neemt en ook zorgt voor de afstemming tussen betrokkenen




Slide 3 - Slide

Voorraaden checken 
Coördinerende taken
Beheertaken
Begeleiden van stagiaires
Maken van een begroting 
Bestellijsten maken
Onderhoud van meubels en apparatuur
Taakverdeling VVE programma 
Roostering personeel
Leiden van vergadering
Leiding nemen op groep

Slide 4 - Drag question

Slide 5 - Slide

Welke coördinerende taken voer jij uit?

Slide 6 - Mind map

Om goed te kunnen coördineren dien je te beschikken over de volgende vaardigheden:
  • Communicatieve vaardigheden
  • Planningsvaardigheden
  • Begeleidingsvaardigheden
  • Leiderschapsvaardigheden 

Slide 7 - Slide

Om goed te kunnen coördineren dien je te beschikken over de volgende vaardigheden:
  • Communicatieve vaardigheden
  • Planningsvaardigheden
  • Begeleidingsvaardigheden
  • Leiderschapsvaardigheden 

Slide 8 - Slide

Omstandigheden bepalen of beïnvloeden de communicatie:
Casus
Pedagogisch medewerkster Krista noemt een Turks jongetje een sloddervos. Een dag later spreekt de vader van het jongetje Krista hierop aan. De medewerkster heeft zijn zoon beledigd. Een vos is in de streek waar de vader opgroeide namelijk een slecht dier dat de kippen van de boeren opat. De vader eist excuses van Leroy.

Welke omstandigheden zorgen in bovenstaande casus voor de communicatiestoornis?

Heb je wel eens een communicatiestoornis ervaren in jouw werk? Zo ja, welke omstandigheden zorgden voor deze stoornis? 

Slide 9 - Slide

CASUS
Je hebt als BPV-begeleider een functioneringsgesprek met jouw stagiaire. 
Zij is de laatste tijd veel afwezig geweest en oogt vermoeid. Wanneer je vraagt naar de redenen van afwezigheid, geeft je stagiaire aan dat ze dit niet wil delen en dat dit privé is. Ze vindt dat ze haar werkzaamheden naar behoren doet. 
Hoe zou jij dit gesprek aanpakken?
Maak in groepjes een stapsgewijs plan van aanpak


Slide 10 - Slide

Jouw rol in de communicatie
  •  gebruik van juiste woorden tegen juiste persoon
  •  timen van communicatie
  •  keuze van het communicatiemiddel (medium)
  •  zelfreflectie; geef juiste voorbeeld en kijk terug op je handelen
  •  geheimhouding en zwijgplicht
  • Denk ook aan de communicatieregels op social media!

Slide 11 - Slide

Om goed te kunnen coördineren dien je te beschikken over de volgende vaardigheden:
  • Communicatieve vaardigheden
  • Planningsvaardigheden
  • Begeleidingsvaardigheden
  • Leiderschapsvaardigheden 

Slide 12 - Slide

Planningsvaardigheden
Plannen: documenten binnen organisatie die bepaalde richtlijnen/werkwijze in handelen beschrijven

Planning: dit maak je om efficiënt en effectief te werk te gaan. Zorgt voor overzicht, structuur en verantwoordelijkheid. Ook wel: Plan van Aanpak.

Slide 13 - Slide

Wat voor soort plannen zijn er
binnen de kinderopvang?

Slide 14 - Mind map

Plannen
  •  (Pedagogisch) Beleidsplan
  • Vluchtplan
  • Observatieplan
  • Begeleidingsplan/handelingsplan
  • Activiteitenplan
  • Pedagogisch werkplan
  • Etc....

Slide 15 - Slide

Planning 

...volgens 6 W's

Waarom? Bedoeling van taak
Wat? Resultaten
Wie? Betrokkenen
Wanneer? Data 
Waar? Locatie
Welke wijze? Manieren 

Slide 16 - Slide

Hoe ziet jouw planning eruit?
Maak een foto van jouw agenda of planningsschema

Slide 17 - Open question

Ik vind van mijzelf dat ik goed kan plannen
Jazeker, ik ben geordend en heb overzicht en structuur
Plannen wel, maar het nakomen is een tweede
Niet echt, maar ik functioneer prima zo
Totaal niet en ik heb er echt last van

Slide 18 - Poll

Casus
Het kindercentrum waar jij werkt bestaat 25 jaar. De locatiemanager wil een groot feest geven voor alle ouders en kinderen. Hij vraagt of jij de organisatie hiervan op je wil nemen.

Slide 19 - Slide

Welke informatie heb je nodig om dit
goed te kunnen plannen?

Slide 20 - Mind map

Jouw rol in het plannen
* goede voorbereiding 
*werkplan/draaiboek: voorzien van 6 W's tijdpad, begroting
*Duidelijke taakverdeling en afstemming
*Voortgangsbewaking
*Evaluatie na afloop



Slide 21 - Slide

Wat heb je nodig om goed te kunnen plannen?
  1. Overzicht van uit te voeren taken
  2. Inhoud per taak
  3. Tijdsindicatie per taak
  4. Prioritering van de taken (meest urgente en belangrijke als 1ste)
  5. Planning maken (houd rekening met enige speling/marge in je planning)




Slide 22 - Slide

Om goed te kunnen coördineren dien je te beschikken over de volgende vaardigheden:
  • Communicatieve vaardigheden
  • Planningsvaardigheden
  • Begeleidingsvaardigheden
  • Leiderschapsvaardigheden 

Slide 23 - Slide

Neem een goede BPV-begeleidster in gedachte. Welke begeleidingsvaardigheden had deze persoon?

Slide 24 - Mind map

Slide 25 - Slide

Begeleiding: hoe doe je dat?

 Maak groepjes.

 Beschrijf met je groep wat belangrijk is in de begeleiding van 1 van de 4 onderstaande:
  •  Een nieuwe collega
  •  Een stagiaire
  •  Een vrijwilliger
  •  Collega’s op de groep




timer
20:00

Slide 26 - Slide

Begeleiden van een nieuwe collega

Slide 27 - Open question

Begeleiden van een stagiaire

Slide 28 - Open question

Begeleiden van een vrijwilliger

Slide 29 - Open question

Begeleiden van collega's op de groep

Slide 30 - Open question



Begeleiden van stagiaires


Wat betekenen de begrippen?

Slide 31 - Slide

Jouw rol in de begeleiding
  • Biedt begeleiding op maat
  • Zorg voor continuïteit in de begeleiding
  • Laat ruimte voor ieders eigen ontwikkeling
  • Zorg voor een goede afstemming tussen formele en informele begeleiding


Slide 32 - Slide

Om goed te kunnen coördineren dien je te beschikken over de volgende vaardigheden:
  • Communicatieve vaardigheden
  • Planningsvaardigheden
  • Begeleidingsvaardigheden
  • Leiderschapsvaardigheden 

Slide 33 - Slide

Leiderschapsvaardigheden
Als GPM'er dien je óók leiding te kunnen geven. Je geeft bijv. leiding aan kinderen, stagiaires, vrijwilligers en (nieuwe) collega's. De manier waarop je dit doet wordt bepaald door je karakter, opvoeding, leeftijd, ervaring, vaardigheden én je eigen visie. 
Welke manier van leiding geven past het beste bij jou?

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Video

Groepsgesprek
Wat heeft het filmpje te maken met leiderschap?

Denk eens aan een goede docent/BPV-begeleider/collega. Welke vaardigheden had deze persoon op leiderschapsgebied, wat maakte dat je naar hem/haar luisterde?

Slide 36 - Slide

Belangrijk bij goed leiderschap
Heb lef en durf je te laten zien
Zorg dat mensen je volgen
Creeër gelijkwaardigheid 
Maak hetgeen je wil bereiken openbaar



Slide 37 - Slide

Vaardigheden van een coördinerend leider
  • proactief
  • ondernemend
  • doelgericht
  • scherp
  • kan prioriteiten stellen
  • enthousiast 
  • flexibel
  • open


  • eerlijk
  • coachend
  • heeft begrip en interesse in en voor de ander
  • is bereid tot samenwerken
  • zelfreflectie en zelfkritiek




Slide 38 - Slide

Wat is jouw leiderschapsstijl?
Lees de 5 leiderschapsstijlen.
Welke stijl past het beste bij jou en waarom?

Slide 39 - Open question

Slide 40 - Slide

Beleidscyclus
Om een coördinerende taak uit te kunnen voeren dien je kennis te hebben van het beleid en de visie van jouw organisatie. Wat staat er in het beleid over jouw uit te voeren taak? Welke afspraken zijn er gemaakt of dienen er nog gemaakt te worden? Is dit in lijn met de visie van jouw organisatie?

Slide 41 - Slide

Beleidscyclus
Agendavorming Wat staat er in het beleid t.a.v. jouw uit te voeren taak?
Besluitvorming Welke afspraken dien je te maken en met wie alvorens je de taak kunt uitvoeren? 
Beleidsuitvoering  Hoe verloopt de uitvoering en met wie? Wat is hierin jouw rol?
Beleidsevaluatie Hoe wil je de taak evalueren en met wie? Welke feedback ontvang je?


Slide 42 - Slide

De 6 W's kun je gebruiken voor het maken van een planning/draaiboek. Waar staan deze 6 W's voor?

Slide 43 - Open question