Trede 19, les 4, schrijven, precies

Welkom en pak alvast je leesboek!
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom en pak alvast je leesboek!

Slide 1 - Slide

Daltontijd: stillezen 
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Lesdoelen rood
Je spelt woorden correct

Je spelt werkwoorden met een stam op –d of –t in de verleden tijd foutloos






Slide 4 - Slide

Lesdoelen oranje
Je spelt zwakke werkwoorden in tegenwoordige tijd, verleden tijd en als voltooid deelwoord foutloos

Je past de regels voor het afbreken van woorden aan het einde van de regel correct toe





Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Tegenwoordige tijd
Morgen (verhuizen) de familie Van Susteren naar Geleen.
Er (gebeuren) veel op zo’n schooldag.
Mik (dragen) altijd de tas van zijn vriendin.
De kat (krabben) zijn baasjes soms per ongeluk als hij wil spelen.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Persoonsvorm verleden tijd
Langzaam (glijden) de krokodillen het water in.
Mijn vingers (kleven) helemaal na het eten van een suikerspin.
Tijdens het schoolfeest (flirten) Jesse de hele tijd met Maryan.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Het voltooid deelwoord
Josje heeft zijn veters verkeerd (strikken).
De zolen van je schoenen zijn volgens mij (verslijten).
44. De overwinning is aan de nummer twee (toekennen) in verband met dopinggebruik van de winnaar.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Week 21, tab: precies

Slide 14 - Slide

Check
Waarom (bekladden) jij die muur in de kantine? (TT)

Langzaam (glijden) de krokodillen het water in. (VT)

Heb jij al van die vieze tomatensoep (proeven)? (Volt.dw)

Slide 15 - Slide


Wat heb je deze les geleerd?

Slide 16 - Open question

Lesdoelen rood
Je spelt woorden correct

Je spelt werkwoorden met een stam op –d of –t in de verleden tijd foutloos






Slide 17 - Slide

Lesdoelen oranje
Je spelt zwakke werkwoorden in tegenwoordige tijd, verleden tijd en als voltooid deelwoord foutloos

Je past de regels voor het afbreken van woorden aan het einde van de regel correct toe





Slide 18 - Slide

Wat vond je goed gaan?
Wat vond je het moeilijkst?
Wat vond je
leuk om te doen?

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide