Grammatica zinsdelen: Persoonsvorm en zinsdeelstreepjes les 1

Grammatica zinsdelen: Persoonsvorm en zinsdeelstreepjes les 1
Welkom klas 1hv,
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van!
Stap 1: Telefoons in de telefoontas.
Stap 2: Pak je leesboek, schrift, boek Nederlands en je laptop.
Stap 3: Ga naar LessonUp.app en log in met je eigen naam.

1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Grammatica zinsdelen: Persoonsvorm en zinsdeelstreepjes les 1
Welkom klas 1hv,
Volg het stappenplan, dan maken we er een goede les van!
Stap 1: Telefoons in de telefoontas.
Stap 2: Pak je leesboek, schrift, boek Nederlands en je laptop.
Stap 3: Ga naar LessonUp.app en log in met je eigen naam.

Slide 1 - Slide

Regels in de les bij mevrouw Dykstra
Als de docent aan het woord is, ben je stil. Andersom ook.
We luisteren naar elkaar en hebben respect voor elkaar.
Elke les Nederlands heb je: je leesboek, boek, schrift, je gemaakte huiswerk en je opgeladen laptop bij je.
De telefoon gaat in de telefoontas op naam van de lijst in SOM.

Slide 2 - Slide

Wat ga je doen?
Leerdoel: Ik kan de persoonsvorm herkennen en benoemen en ik kan zinsdeelstreepjes zetten.
Hoe bereik je deze doelen?
* Lezen
* Leesautobiografie: Hoe lever je een opdracht in via SOM?
* Brainstorm: Wat weet jij nog van de persoonsvorm en zinsdeelstreepjes?
* Uitleg: Persoonsvorm en zinsdeelstreepjes.
* Oefenen
* Huiswerk: Opdracht 1, 2 en 3 in je schrift.

Slide 3 - Slide

Lezen in je leesboek 
timer
10:00

Slide 4 - Slide

Hoe lever je een bestand in via SOM?
Stap 1: Sla je bestand goed op. Bestand, opslaan als: kopie downloaden.
Stap 2: Ga naar SOM naar de opdracht. Deze staat bij het huiswerk. Als de inleverdatum is verlopen, klik je op naar inleveringen.
Stap 3: Klik op: Bestand inleveren, bestand kiezen, uploaden van computer.
Stap 4: Klik op: Downloads en zoek de naam van je bestand.
Stap 5: Klik op: uploaden, daarna klik je op klaar.

Bestand is ingeleverd!

Slide 5 - Slide

Wat weet jij nog van de persoonsvorm?
Wat weet jij van zinsdeelstreepjes/zinsdelen?

Slide 6 - Mind map

Maak zo veel mogelijk zinnen met deze woorden/woordgroepen. Gebruik ze steeds allemaal: een taart/ bij Jim/ mijn nichtjes en ik/ voor oma/ gebakken/ gisteren/ hebben

Slide 7 - Open question

Noteer de persoonsvorm van deze zin: Wanneer is de kerstvakantie?

Slide 8 - Open question

Aantekeningen: Grammatica zinsdelen: Persoonsvorm en zinsdeelstreepjes
Persoonsvorm: Een werkwoord dat de vorm van de persoon verandert.
Hoe vind je de persoonsvorm?
1. Zet de zin in een andere tijd. Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm: Voorbeeld: Gisteren aten wij een taart. --> Vandaag eten wij een taart.
2. Verander de zin van getal: enkelvoud naar meervoud en andersom. Het werkwoord dat verandert is de persoonsvorm.
Voorbeeld: Gisteren aten we taart. --> Gisteren at ik taart
3. Maak een vraagzin. Het eerste werkwoord komt vooraan. Voorbeeld: Hoe laat is het?

Slide 9 - Slide

Zinsdeelstreepjes
Zinsdelen: Een woord of een groepje woorden die bij elkaar horen.  Een zinsdeel onderscheid je met een / . 
Hoe vind je zinsdelen?
Stap 1: Zoek de persoonsvorm.
Stap 2: Alle woorden vóór de persoonsvorm zijn één zinsdeel,
Stap 3: Probeer welke woorden je voor de persoonsvorm kunt zetten. Verander de zin. Loopt de zin goed, dan is dat een zinsdeel.
Tip: Staan er twee werkwoorden achter elkaar? Dan is dat één zinsdeel.

Slide 10 - Slide

Voorbeeld
Mijn oom uit het Spaanse Mallorca zou een splinternieuwe motor hebben gekocht.

Stap 1: zou is de persoonsvorm.
Stap 2: Mijn oom uit het Spaanse Mallorca is één zinsdeel.
Mijn oom uit het Spaanse Mallorca/ zou/ 
Stap 3: een zou mijn oom uit het Spaanse Mallorca splinternieuwe motor hebben gekocht. De zin loopt niet. Je gaat verder. Een splinternieuwe zou mijn oom uit het Spaanse Mallorca motor hebben gekocht.  Een splinternieuwe motor zou mijn oom uit het Spaanse Mallorca hebben gekocht.

Mijn oom uit het Spaanse Mallorca /zou/ een splinternieuwe motor /hebben gekocht.

Slide 11 - Slide

Nu jij
Noteer in je schrift van de volgende twee zinnen de persoonsvorm en zet zinsdeelstreepjes.

1. In 2017 won Tom Dumoulin uit Limburg de Giro d’Italia
2.  De gestreepte kater deed zijn behoefte niet altijd in de kattenbak. 

Slide 12 - Slide

Antwoorden
1. 
Pv = won
Zinsdeelstreepjes: In 2017/won/ Tom Dumoulin uit Limburg/ de Giro d' Italia.
2.
Pv = deed
Zinsdeelstreepjes: De gestreepte kater/ deed/ zijn behoefte/ niet altijd/ in de kattenbak.

Slide 13 - Slide

Ik begrijp niet hoe je de zinsdeelstreepjes moet zetten in een zin
Ja
Nee

Slide 14 - Poll

Huiswerk
Wat ga je doen? Maken in je schrift: Opdracht 1, 2 en 3 op blz. 29.
Hoe ontleed je een zin?
1. Neem de zin over.
2. Verdeel de zin in zinsdeelstreepjes.
3. Noteer de persoonsvorm, het onderwerp en werkwoordelijk gezegde onder elkaar.

Alle leerlingen van klas 1hvd /zullen /deze maand /een andere docent Nederlands /krijgen.
pv = zullen
ow= Alle leerlingen van klas 1hvd
wg = zullen krijgen

Slide 15 - Slide