13.4 Kou en hitte

Paragraaf 13.4 Kou en hitte
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Paragraaf 13.4 Kou en hitte
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp: 
JA!
Telefoons in de telefoontas!

Slide 1 - Diapositive

Programma
Welkom
Nieuwe stof uitleg : 
 '13.4 Kou en hitte'
Aan de slag/huiswerk
- Maak deze LessonUp
- Maak de werkboekopdrachten
Klassikale afsluiting

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
1. Je kunt beschrijven hoe dieren zijn aangepast aan kou.
2. Je kunt uitleggen waardoor een klein dier sneller afkoelt dan een groot dier.
3. Je kunt beschrijven hoe dieren zijn aangepast aan hitte.
4. Je kunt uitleggen hoe koudbloedige dieren reageren op temperatuursveranderingen.
5. Je kunt uitleggen hoe planten droogte overleven

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Slide 5 - Vidéo

Aanpassingen om warm te blijven
Warm blijven kost heel veel energie, dus dieren passen zich in de winter aan waardoor dit energieverbruik omlaag gaat.

Slide 6 - Diapositive

Koudbloedige dieren en kou
- Koudbloedige dieren zijn in de winter niet actief.
- Ze houden allemaal een winterslaap.
- In de zomer zie je reptielen vaak 
's ochtends opwarmen in de zon. 
Hoe warmer het wordt, hoe actiever ze worden.
Bekijk de video in deze slide. 


Slide 7 - Diapositive

Vorm - functie denken
- Hoe groter een dier, hoe groter zijn inhoud is ten opzichte van zijn oppervlak

- Olifanten verliezen relatief gezien dus veel minder warmte dan een muis

Slide 8 - Diapositive

Vorm - functie denken
- Om warmte vast te houden is het handig om je extremiteiten (oren, neus) klein te hebben
- Om warmte te verliezen is het handig om je extremiteiten (ledematen)groot te hebben

Slide 9 - Diapositive


Wat is het verschil tussen warmbloedige en koudbloedige dieren? 

Slide 10 - Question ouverte


Bekijk de afbeelding. Wat zal er uiteindelijk in het onderste plaatje gebeuren met de schildpadden als ze zo blijven staan?

Slide 11 - Question ouverte


Welke aanpassingen hebben warmbloedige dieren om warm te blijven in een koude omgeving?

Slide 12 - Question ouverte


Kleine dieren zoals koolmezen of muizen zijn constant op zoek naar mogelijkheden om te eten. Grote dieren zoals olifanten of mensen doen dit slechts maar een bepaalde tijd. Waarom verliezen kleine dieren relatief gezien meer warmte? 

Leg uit hoe dat komt. (I-vraag)

Slide 13 - Question ouverte


Leg uit of de ijsbeer of de pandabeer relatief gezien grotere oren heeft.

Slide 14 - Question ouverte

Verlies van water
Planten verliezen water door verdamping

1) Huidmondjes aan de onderkant van bladen
2) Via het oppervlak


Slide 15 - Diapositive


Vorm-functie denken.
Hiernaast zie je cactussen. Welke twee aanpassingen hebben deze om verdamping tegen te gaan?

Slide 16 - Question ouverte

Slide 17 - Vidéo

Slide 18 - Lien

Aan de slag
1. Maak deze LessonUp van 13.4 in de klas LessonUp.
2. Maak de werkboekvragen: 2,3,5,8,11,17 

Kijk het na! Zie studiewijzer voor het nakijkmodel. Dan word je echt beter!

Slide 19 - Diapositive

Hoe leer je voor de toets?
Repetitie Hoofdstuk 13 Plant en dier
- je leest 13.1 t/m 13.4
- je maakt de 'samenvatten' van je werkboek blz.206 t/m 209
- je bekijkt de LessonUp's nog een keer
- je maakt online de 'test jezelf'
Succes met oefenen. Je kan het!

Slide 20 - Diapositive