2.4 De vorm van de parabool

2.4 De vorm van een parabool
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

2.4 De vorm van een parabool

Slide 1 - Diapositive

2.4 De vorm van een parabool

Slide 2 - Diapositive

2.4 De vorm van een parabool


- Voorbeeld:

Hier zijn a=3, b=0 en c=7, dus zijn de coördinaten van de top (0,c).



De coördinaten van de top zijn (0,7)
f(x)=3x2+7

Slide 3 - Diapositive

wat weet je van de grafiek van
de functie:
h(x)=3x2+2

Slide 4 - Question ouverte

welke formule hoort bij
de blauwe grafiek?
A
f(x)=x23
B
f(x)=x2+3
C
f(x)=x23
D
f(x)=2x2+3

Slide 5 - Quiz

welke formule hoort bij
de groene grafiek?
A
f(x)=x23
B
f(x)=x2+3
C
f(x)=x23
D
f(x)=2x2+3

Slide 6 - Quiz

wat zijn de oplossingen van onderstaande vergelijking:


x23x+6=4

Slide 7 - Question ouverte

Voorbeeld:


De coördinaten van het snijpunt met de y-as zijn: (0,c) ==> (0,-5)
g(x)=2x2+7x5

Slide 8 - Diapositive

Voorbeeld:


De parabool gaat door de oorsprong.
g(x)=2x23x

Slide 9 - Diapositive

Bereken de coördinaten van de snijpunten met de x-as

2x28x

Slide 10 - Question ouverte

Slide 11 - Diapositive

a=3
b=0c=3
Uitgangspunt is kwadratische functies. 
Welke combinaties kun je maken? 
a=0,5
c=0
'brede' parabool
'smalle' parabool
bergparabool
dalparabool
gaat door (0,0)
T(0, 3)

Slide 12 - Question de remorquage

Slide 13 - Vidéo

Einde!
Maak de opdrachten van 2.4: 25 t/m 31, 33,34, 35 en 37

Slide 14 - Diapositive