Combinatoriek voor V6wA

Combinatoriek / Handig tellen
Welkom!
Pak je grafische rekenmachine,
schrift en boek erbij.
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Combinatoriek / Handig tellen
Welkom!
Pak je grafische rekenmachine,
schrift en boek erbij.

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Ik gooi met 2 gewone dobbelstenen. Op hoeveel manieren kan ik 7 gooien?
A
5
B
7
C
6
D
8

Slide 3 - Quiz

Vier teams spelen een hele competitie.
Dus ze spelen een uit en een thuiswedstrijd. Hoeveel wedstrijden worden er gespeeld?

A
16
B
6
C
10
D
12

Slide 4 - Quiz

Tellen
- met herhaling
- zonder herhaling
- combinaties (volgorde niet van belang)  nCr op rekenmachine
- permutaties (volgorde wel van belang)  nPr  op rekenmachine
- faculteit  (gebruik uitroepteken dus bv 5!)

Slide 5 - Diapositive

Er worden getallen gemaakt van 4 cijfers. Er is keuze uit 0, 1, 2, 3, 4 en 5.
Hoeveel getallen zijn mogelijk indien elk cijfer meerdere keren gebruikt mag worden?

A
aantal = 1296
B
aantal = 6
C
aantal = 360
D
aantal = 720

Slide 6 - Quiz

Er worden getallen gemaakt van 4 cijfers. Er is keuze uit 0, 1, 2, 3, 4 en 5. Hoeveel getallen zijn mogelijk indien elk cijfer één keer gebruikt mag worden en het getal kleiner moet zijn dan 3200?

A
aantal = 144
B
aantal = 72
C
aantal = 204
D
aantal = 720

Slide 7 - Quiz

Jan heeft 2 scheikunde, 6 biologie en
3 wiskundeboeken. Hij geeft 3 biologieboeken te leen aan Piet. Op hoeveel manieren kan dat?
A
aantal = 120
B
aantal = 20
C
aantal = 6
D
aantal = 15

Slide 8 - Quiz

Jan heeft 2 scheikunde, 6 biologie en
3 wiskundeboeken. Op hoeveel manieren kan je deze boeken naast elkaar zetten?
A
aantal = 36
B
aantal = 8640
C
aantal = 39916800
D
aantal = 11

Slide 9 - Quiz

Jan heeft 2 scheikunde, 6 biologie en
3 wiskundeboeken. Op hoeveel manieren kan hij de boeken op een rij zetten als de wiskundeboeken naast elkaar moeten staan?
A
aantal = 8640
B
aantal = 362880
C
aantal = 241920
D
aantal = 2177280

Slide 10 - Quiz

Op hoeveel manieren kan je een groep van 14 personen verdelen in drie groepen van 3, 5 en 6 personen?
A
aantal = 168168
B
aantal = 9417408
C
aantal = 3060
D
aantal = 1260

Slide 11 - Quiz

Bereken het aantal kortste routes van A naar B.

Slide 12 - Question ouverte

Bereken het aantal kortste routes van A naar B via P.

Slide 13 - Question ouverte

Hoeveel routes zijn er van punt A naar de lijn?

Slide 14 - Diapositive

Bereken het aantal rangschikkingen van
de letters van het woord APPELFLAP.

Slide 15 - Question ouverte

Geef aan hoe goed je deze stof beheerst.
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Sondage