afsluiting hoofdstuk 5 HAVO/VWO/GYM3

Wat heb je nodig voor verbranding?


  • Brandbare stof
  • Voldoende zuurstof
  • Ontbrandingstemperatuur
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Wat heb je nodig voor verbranding?


  • Brandbare stof
  • Voldoende zuurstof
  • Ontbrandingstemperatuur

Slide 1 - Diapositive

Verbranding elementen

Een verbranding is een reactie met zuurstof.

Bij de verbranding van een element ontstaat het oxide van dat element.

Verbranding van:

Cu -> Koperoxide = CuO           

Al -> Aluminiumoxide = Al2O3

S -> Zwaveldioxide = SO2

H2 -> Diwaterstofoxide = H2O = Water

Mg->Magnesiumoxide  = MgO

Slide 2 - Diapositive

Niet metaal Oxiden
Alleen bij een niet-metaaloxide gebruik je deze voorvoegsels.

Komt het eerste element 1 keer voor dan gebruik je geen mono.

Als het element zuurstof maar één keer voorkomt, gebruik je wel het voorvoegsel mono.

Slide 3 - Diapositive

Reactievergelijking (RV) van verbranding

Bij de verbranding van een stof ontstaan oxiden van de atomen die in de (brand)stof zaten



O2 + CH4 --> CO2 + H2O

Slide 4 - Diapositive

Reagentia
Reagens = stof die zichtbaar verandert in aanwezigheid van de stof die je wilt aantonen



 

Slide 5 - Diapositive

(On)volledige verbranding
Volledige verbranding: Voldoende zuurstof aanwezig om alle brandstof te verbranden
Onvolledige verbranding: Te weinig zuurstof om alle brandstof te verbranden

Slide 6 - Diapositive

Ontleding

       
 1 beginstof! (zuivere stof!!) ----> 2 of meer reactieproducten 
Bijvoorbeeld: 
Ontleding van water           Water (l) -> waterstof (g) + zuurstof (g) 

Slide 7 - Diapositive

Ontleden van kopercarbonaat
De reactievergelijking die hoort bij de ontleding van kopercarbonaat is als volgt: 
CuCO3 (s) -> CuO (s) + CO2 (g)

Bij een ontledingsreactie is er dus maar 1 beginstof. De beginstof is altijd een verbinding. Deze verbinding ontleedt tot 2 of meer stoffen, die elementen, verbindingen, of een combinatie van deze kunnen zijn.

Slide 8 - Diapositive

ontleedbare- en niet ontleedbare stoffen

Als je water ontleed ontstaat er zuurstof en waterstof, deze stoffen kun je niet verder ontleden.



Bij de ontleding van hout ontstaat er zuurstof, waterstof en koolstof, deze stoffen kun je niet verder ontleden.

Slide 9 - Diapositive

Verschil met verbranding?

Slide 10 - Diapositive

Endotherm en exotherm
Endotherm: er is energie nodig
Exotherm: er komt energie vrij


Reactie met ammoniumdichromaat:
(NH4)2Cr2O7 --> Cr2O3 + N2 + 4 H2O

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Overmaat en ondermaat
Overmaat = het teveel aan stof wat overblijft na reactie.

Ondermaat = het tekort aan stof wat nodig is om volledig te reageren.

Slide 13 - Diapositive

Bereken hoeveel gram zuiver koper er ontstaat bij de verhitting van 25g koperoxide in aanwezigheid van 5,5 g methaan CH4.
RV: 4CuO(s)+CH4(g)-->4Cu(s)+CO2(g)+2H2O(g)

Slide 14 - Question ouverte