BS 8 - De eilandjes van Langerhans en de bijnieren

Basisstof 8:
De eilandjes van Langerhans en de bijnieren

1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Basisstof 8:
De eilandjes van Langerhans en de bijnieren

Slide 1 - Diapositive

Doelen BS 8
Je moet weten:
  • Waar de eilandjes van Langerhans liggen en wat ze doen.

  • Waar de bijnieren liggen en wat ze doen.

Slide 2 - Diapositive

Glucose
Belangrijkste brandstof in je lichaam!
Zonder glucose = geen energie = je cellen werken niet meer

Hormonen regelen de hoeveelheid glucose in je bloed!

Slide 3 - Diapositive

Eilandjes van Langerhans



  • Groepjes cellen in de alvleesklier (verteringsklier)
  • Maken hormonen: insuline en glucagon.
  • Insuline: bij een hoog glucosegehalte
  • Glucagon: bij een laag glucosegehalte
Eilandjes kapot of werkt insuline niet? Diabetes

Slide 4 - Diapositive

Insuline
Zorgt ervoor dat glucose kan worden opgenomen in de cellen van de lever en de spieren. 

Daar wordt glucose omgezet in glycogeen en opgeslagen als reservestof. 

Slide 5 - Diapositive

Glucagon
Bij lichamelijke inspanning is er veel verbranding: Cellen halen glucose uit het bloed. 

Glucagon zet de glycogeen weer om in glucose.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Welke effect heeft glucagon op de bloedsuikerspiegel? En op welke manier treedt dit effect op?
A
o.i.v. glucagon daalt de bloedsuikerspiegel. Glucose --> Glycogeen
B
o.i.v. glucagon daalt de bloedsuikerspiegel. Glycogeen --> Glucose
C
o.i.v. glucagon stijgt de bloedsuikerspiegel. Glucose --> Glycogeen
D
o.i.v. glucagon stijgt de bloedsuikerspiegel. Glycogeen --> Glucose

Slide 8 - Quiz

Zorgt insuline ervoor dat de bloedsuikerspiegel daalt of stijgt?
A
Daalt
B
Stijgt

Slide 9 - Quiz

Bijnieren
Maken het hormoon adrenaline.
Snelste hormoon van je lichaam!

Fight, Flight, Fright hormoon

  • Glycogeen wordt omgezet in glucose (suikergehalte in het bloed stijgt
  • Hart gaat sneller kloppen
  • Ademhaling versnelt

Slide 10 - Diapositive

Aan de slag!
LEZEN
blz 23 t/m 25
MAKEN
 opdr 55 t/m 63
KLAAR?
Test Jezelf + oefentoets

Slide 11 - Diapositive