Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Methodisch werken
Les 7
Slide 1 - Diapositive
Planning
Oefenvraag
Nabespreken casus Job
Leren voor de toets
Kahoot
Vragen
Slide 2 - Diapositive
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5
Informatie verzamelen
Behoefte / hulpvraag
Doelen
Plannen en uitvoeren
Evalueren en bijstellen
Slide 3 - Question de remorquage
Nabespreken
Bespreken Casus JOB
Informatie verzamelen
Hulpvraag / behoefte van Job?
Doel SMART geformuleerd
Plannen van activiteiten
Evalueren ev bijstellen
Slide 4 - Diapositive
Casus Job
Op de kinderopvang zit Job. Job is 3 jaar en komt 2 dagen in de week naar de kinderopvang. Het valt je op dat Job tijdens het spelen met leeftijdsgenoten vaak met het speelgoed van een ander kindje wil spelen, hij pakt het dan uit de handen van het kindje. Als je het speelgoed vervolgens teruggeeft aan het kindje, wordt Job heel boos, hij schreeuwt, schopt en slaat.
Slide 5 - Diapositive
1 Informatie verzamelen
J, 3 jaar komt 2 dagen in de week naar de kinderopvang.
Wil graag met hetzelfde speelgoed spelen als een ander kindje en pakt dit dan van het kindje.
J. schreeuwt, schopt en slaat als het speelgoed van hem gepakt wordt.
Slide 6 - Diapositive
2 Behoefte/hulpvraag
Hoe kan ik samen met het andere kindje spelen?
Hoe krijg ik dat speelgoed zonder te slaan, schreeuwen of schoppen?
Slide 7 - Diapositive
3 Doelen
J. kan over een week (datum) aan een ander kindje vragen of hij met het speelgoed mag spelen.
Slide 8 - Diapositive
4 Plannen en uitvoeren
Samen (PM’er) met J. aan een kindje vragen of hij met dat speelgoed mag spelen.
PM’er begeleidt dit proces en laat J. steeds meer zelf doen.
Bijvoorbeeld als pm ‘er meedoen met een spelletje en dan de kinderen stimuleren om het speelgoed met een ander kindje te delen.
Praten in een kringgesprek en bijvoorbeeld boekje lezen over delen van speelgoed en samen spelen.
Slide 9 - Diapositive
5 Bijstellen en evalueren
Kan J. zonder te schreeuwen, slaan of schoppen aan een kindje vragen of hij met het speelgoed mag spelen?
Omdat je deze casus niet echt uitvoert, mag je hier ook opschrijven:
De casus is niet uitgevoerd. Als evaluatievragen zou ik stellen:
- Is het doel bereikt?
- Wat ging goed?
- Wat moet de volgende keer anders en bijgesteld worden?
