Introductie Lagerhuisdebat

Debatteren 2
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Debatteren 2

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
De leerling kan aan het einde van de les de debatregels benoemen en de debetregels herkennen in een debat. 

Leerlingen onderzoeken maatschappelijke dilemma's en leren argumenten voor en tegen een stelling formuleren.

Slide 2 - Tekstslide

Debat

  • scherp geformuleerde stelling

  • overtuigen jury

  • duidelijke regels

  • eindoordeel op basis van vooraf afgesproken criteria
Discussie

  • al pratend positie innemen


  • overtuigen gesprekspartner

  • geen regels

  • eindoordeel op basis van gevoel

Slide 3 - Tekstslide

Het debat
Sprekers krijgen in een debat de tijd om hun mening toe te lichten. 
Het doel van een debat is om het publiek/de jury te overtuigen.
Het gaat dan niet om wie gelijk heeft, maar om wie het beste zijn mening kan onderbouwen.
Een debat is een discussie met regels:

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Lagerhuisdebat


3  voorstanders

3 tegenstanders


De rest van de klas is de jury en let op observatiepunten:

oogcontact, houding/handen, 'Be the argument', stemgebruik

Wie was het meest overtuigend en waarom?


Slide 6 - Tekstslide

Regels in een debat: regel 1
Richt je tot de jury en tot het publiek. Het is een spel. Probeer de jury te overtuigen van je gelijk.

Slide 7 - Tekstslide

Regel 2

Spreek nooit direct tegen de tegenpartij. (Jullie zeiden dat..)

Zeg: Mijn tegenstander(s) zeiden dat...

Slide 8 - Tekstslide

Regel 3
Je mag elkaar niet onderbreken. Reageren mag alleen in je eigen beurt. Als je wil reageren, ga je staan en je wacht tot je van de debatleider het woord krijgt.

Slide 9 - Tekstslide

Observatiepunten tijdens debat

Oogcontact: richt de debater zich tot de jury?

Houding & handen: staat de
debater stevig en maakt hij ondersteunende handgebaren?

Be the argument’: gelooft
de debater zelf in wat hij zegt?

Stemgebruik: zijn tempo en volume passend en overtuigend?



 



Slide 10 - Tekstslide

Opdracht: stellingen onderzoeken
Gezondheid: "Vaccinatie tegen besmettelijke ziekten moet verplicht worden voor iedereen."

Onderwijs: "Leerlingen zouden zelf hun vakkenpakket volledig moeten kunnen kiezen zonder verplichte vakken."

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Wat hebben jullie geleerd? 

Slide 14 - Tekstslide