4.3 Staatsvorming en centralisatie, GRES

4.3 Staatsvorming en centralisatie
KA
Het begin van staatsvoring en centralisatie. 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
geschiedenisVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

4.3 Staatsvorming en centralisatie
KA
Het begin van staatsvoring en centralisatie. 

Slide 1 - Tekstslide

Lodewijk XI
'Spin in het web' 

Slide 2 - Tekstslide

Centralisatie: Land vanuit 1 punt besturen. 
Centrale rekenkamer
Centrale Bank
Staten Generaal
Koninklijke rechtbank

Slide 3 - Tekstslide



Hoe is het van lappendeken tot een staat gekomen?
Het hele fragment is te vinden via: https://www.bnnvara.nl/dewerelddraaitdoor/videos/506862  

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Filips de Goede
Banket van de Fazant 1454
Eed op de Fazant
zweer aan God, mijn schepper, aan de glorierijke maagd Maria, aan de dames en de fazant, dat ik zal doen en mij zal houden aan wat ik in dit document heb verklaard”

https://historiek.net/eed-op-de-fazant-1454-banket/107929/ 

Slide 6 - Tekstslide

Hoe is het van lappendeken tot een staat gekomen?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Video

1215 Magna Carta
Engelse koning Jan zonder Land  heeft toestemming nodig van adel en steden/parlement voor:
*nieuwe belasting
*oorlog voeren
* de koning moest zich ook aan de wet houden. 

Meer eenheid/nationalisme in Engeland door Honderdjarige Oorlog

Slide 9 - Tekstslide

Hoe keken de volgende mensen zegen de Magna Carta aan?
a. Koning Jan Zonder Land
b. De Geestelijkheid
c. De derde stand
d. De Franse Koning

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

Herhalen 

Slide 12 - Tekstslide

Hoe is het van lappendeken tot een staat gekomen?

Slide 13 - Open vraag

Leg in je eigenwoorden centralisatie uit.

Slide 14 - Open vraag

Plaats hier een foto van een vorst die een centralisatie beleid voerde. Schrijf onder de foto de naam.

Slide 15 - Open vraag

Stelling: De Magna Carta is een succesvol voorbeeld van centralisatie beleid.
Leg uit of je het eens bent met deze stelling a.d.h.v. 1 argument.

Slide 16 - Open vraag