Cursus 6 §2

Cursus 6 §2
Argumentatiestructuren

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Cursus 6 §2
Argumentatiestructuren

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
- Nakijken Cursus 6 § 1 opdr 2,3 en 5
- Theorie Cursus 6 §2
- Maken opdr Cursus 6 §2

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

wat is het argument?
De verhalen van Lubach zijn erg vermakelijk, daarom zie ik hem als een van de beste schrijvers.
A
een van de beste schrijvers
B
de verhalen van Lubach zijn erg vermakelijk
C
ik zie hem als een van de beste schrijvers

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Argumentatiestructuren
Met argumentatiestructuren breng je de samenhang tussen standpunt en argument(en) visueel in beeld. 

3 basisstructuren: enkelvoudig, nevenschikkend en onderschikkend. 

Misschien slim om mee te schrijven...

Slide 9 - Tekstslide

Enkelvoudige argumentatie 
Standpunt met één argument. 



Slide 10 - Tekstslide

Enkelvoudige argumentatie 
Standpunt met één argument. 



Slide 11 - Tekstslide

Onderschikkende argumentatie
Argument met een eigen ondersteunend argument. 

Slide 12 - Tekstslide

Onderschikkende argumentatie
Argument met een eigen ondersteunend argument. 

Slide 13 - Tekstslide

Nevenschikkende argumentatie 
Meerdere argumenten bij een standpunt. 

Onderscheid in de onderlinge relatie argumenten 
*Onafhankelijk: de argumenten staan los van elkaar 
*Afhankelijk: de argumenten ondersteunen alleen samen het standpunt. 

Slide 14 - Tekstslide

Onafhankelijke nevenschikkende argumentatie
Losse argumenten (hebben elkaar niet nodig)
Vaak een opsomming. 

Slide 15 - Tekstslide

Onafhankelijke nevenschikkende argumentatie

Slide 16 - Tekstslide

Afhankelijke nevenschikkende argumentatie
Twee of meer argumenten die elkaar nodig hebben om het standpunt te onderbouwen. Los van elkaar zijn ze te 'zwak' hiervoor. 

Slide 17 - Tekstslide

Afhankelijke nevenschikkende argumentatie

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Even een kleine check met een drietal argumentaties.

Slide 20 - Tekstslide

Ik denk dat het bij dit bedrijf niet zo goed gaat. Bijna de hele directie is vervangen en veel werknemers zoeken een andere baan.

1. Vul de argumentatie in een blokjesschema in. Noem het standpunt S en de argumenten A1, A2 etc.
2. Benoem tevens de structuur

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

In de praktijk is China helemaal niet zo communistisch als het zegt te zijn. Voor Chinezen is winst maken een van de belangrijkste dingen in het leven. Daarbij komt dat de verschillen tussen arm en rijk in China erg groot zijn.

1. Vul de argumentatie in een blokjesschema in. Noem het standpunt S en de argumenten A1, A2 etc.
2. Benoem tevens de structuur

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Veel werknemers zitten tijdens werktijd op Facebook en Twitter en dat leidt behoorlijk af. Geen wonder dus dat steeds meer werkgevers de sociale media op het werk verbieden.

1. Vul de argumentatie in een blokjesschema in. Noem het standpunt S en de argumenten A1, A2 etc.
2. Benoem tevens de structuur



Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Ontgroend worden is een bijzonder vernederende ervaring. Je wordt voor van alles en nog wat uitgemaakt en je moet de meest onsmakelijke dingen doen. Daarom kun je maar beter geen lid worden van een studentenvereniging die aan ontgroenen doet.

1. Vul de argumentatie in een blokjesschema in. Noem het standpunt S en de argumenten A1, A2 etc.
2. Benoem tevens de structuur


Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Cursus 6 §2 
Maken opdr 

Slide 29 - Tekstslide