6.4 Reacties tussen soorten

6.4 Relaties tussen soorten
Je leert -over prooi predator relaties en voedselketen en voedselweb.

- wat de gevolgen zijn van moeilijke afbreekbare schadelijke stoffen in een voedselketen.

-  over duurzame relaties (symbiose) tussen soorten en welke drie soorten relaties er zijn.

je kunt toepassen: Herbivoren
, Carnivoren, Predatie, Omnivoren , Predatoren , Predator-prooirelatie,  Voedselketen
, Voedselweb, Accummulatie,  Persistent , Symbiose:  (mutualisme - commensalisem - epifytisme - parasitisme), enegie in een systeem
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

6.4 Relaties tussen soorten
Je leert -over prooi predator relaties en voedselketen en voedselweb.

- wat de gevolgen zijn van moeilijke afbreekbare schadelijke stoffen in een voedselketen.

-  over duurzame relaties (symbiose) tussen soorten en welke drie soorten relaties er zijn.

je kunt toepassen: Herbivoren
, Carnivoren, Predatie, Omnivoren , Predatoren , Predator-prooirelatie,  Voedselketen
, Voedselweb, Accummulatie,  Persistent , Symbiose:  (mutualisme - commensalisem - epifytisme - parasitisme), enegie in een systeem

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Tussen de hoeveelheid predatoren en de hoeveelheid prooidieren bestaat een dynamisch evenwicht. Vaak ligt de piek van de predator rechts van die van de prooidieren. Kun je dat voor jezelf verklaren?
In BINAS 93D2 zie je nog een voorbeeld.

Slide 3 - Tekstslide

Autotrofe organismen produceren direct of indirect het voedsel voor alle andere organismen.

Deze producenten staan altijd aan de basis van een voedselketen of voedselweb.

Slide 4 - Tekstslide

voedselketen 
In de voedselketen spreek je van producenten en consumenten 1e, 2e, 3e,...... orde.

Let op!
Hoe gaan de pijltjes !!!!!!


producent
consument 1e orde
consument 2e orde
consument 3e orde
consument 4e orde
consument 5e orde

Slide 5 - Tekstslide

voedselweb
- wie zijn de producenten?
- wie zijn de consumenten
  1e, 2e of 4e orde?
- welke organismen zijn herbivoor, carnivoor of omivoor?

- welke organismen zijn elkaars concurrenten om voedsel?

Slide 6 - Tekstslide

voedselweb

Slide 7 - Tekstslide

voedselrelaties relaties
 Verschillende diersoorten en plantensoorten kunnen nauw en langere tijd met elkaar samenleven. Dit noem je symbiose en daar kennen we drie verschillende vormen van, die je moet kunne herkennen.

mutualisme
commensalisme
(bij planten epifytisme)
parasitisme

Slide 8 - Tekstslide

Mutualisme is een vorm van symbiose, waarbij allebei de soorten voordeel hebben van de relatie. Een win win situatie dus.
Voorbeelden van mutualisme

Slide 9 - Tekstslide

Commensalisme is een vorm van symbiose, waarbij één van de soorten voordeel heeft van de relatie en de ander maakt het niet zo veel uit. (geen voordeel en geen nadeel)
Commensalisme bij planten noem je epifytisme
De reiger profiteert van de insecten die op de mest afkomen en de in de omgewoelde grond zitten. Buffel heeft geen uitgesproken voordeel of nadeel
Remora vissen zwemmen mee en eten de restjes van de haai.

Slide 10 - Tekstslide

Parasitisme is een vorm van symbiose, waarbij één van de soorten voordeel heeft van de relatie en de ander een nadeel.
Voorbeelden van parasieten en gastheer

Slide 11 - Tekstslide

Er zijn duidelijke verschillen tussen parasitisme en predatie.
-  Meestal is de parasiet klein ten opzichte van de gastheer. De predator is meestal groot vergeleken met de prooi.
- parasiet en gastheer leven langere tijd samen; bij predator prooi is er een (eenmalige) korte ontmoeting.
-  de prooi wordt gedood, de gastheer heeft schade, maar blijft in leven (een parasiet heeft niets aan een dode gastheer)

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Symbiose
= langdurig samenleven van individuen van verschillende soorten

Mutualisme:  +/+
Parasitisme:   +/-
Commensalisme:  +/0  

Slide 14 - Tekstslide

accumulatie
= toenamen van de concentratie  niet goed afbreekbare stoffen (perisitente stoffen) in een voedselketen.
De stof DDT is slecht afbreekbaar door organismen. Daardoor hoopt het zich, in de loop van het leven, op in het lichaam van een dier.
Wordt het dier (samen met andere dieren) opgegeten, dan komt al hun DDT in het lichaam van de predator.
In de toppredator vind je de hoogste concentratie

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Accumulatie van persistente stoffen

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Waarom zat hwd echt vervelend te doen bij de film the Meg

Slide 20 - Open vraag


Hoe wordt de relatie genoemd tussen zeester en zeeslak?
A
concurrentie relatie
B
producent consument relatie
C
predator prooi relatie

Slide 21 - Quizvraag

Noem drie factoren die van invloed kunnen zijn op de grootte van de populatie prooidieren.

Slide 22 - Open vraag

Wanneer zal jij last gaan krijgen van accumulatie van persistente stoffen?

Slide 23 - Open vraag