H2 oefentoets

Klas 4 Toetsweek 1 Hst. 2 vlakke meetkunde
Onderwerpen:
rekenen met hoeken
Draaisymmetrie
Oppervlakte
tangens
Stelling van Pythagoras
Gelijkvormigheid
1 / 48
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

Klas 4 Toetsweek 1 Hst. 2 vlakke meetkunde
Onderwerpen:
rekenen met hoeken
Draaisymmetrie
Oppervlakte
tangens
Stelling van Pythagoras
Gelijkvormigheid

Slide 1 - Tekstslide

Aantekeningen Par. 2.1
Volle hoek =   ........graden

Gestrekte hoek = .....graden

Rechte hoek = ......graden




 

Slide 2 - Tekstslide

voorbeeld

Slide 3 - Tekstslide

Hoekensom driehoek 180°
Voorbeeld:

Slide 4 - Tekstslide

Bijzondere driehoeken

Slide 5 - Tekstslide

Hoekensom vierhoek 360

In elke vierhoek zijn de hoeken opgeteld samen 360 graden.



°

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld:
Bereken hoek A
A
45
B
98
C
119
D
Dat kun je niet berekenen.

Slide 7 - Quizvraag

Bijzondere vierhoeken

Slide 8 - Tekstslide

Overstaande hoeken
Twee lijnen die elkaar snijden 
maken vier hoeken.

De overstaande hoeken zijn 
even groot.


Slide 9 - Tekstslide

F-figuur
- De hoeken in een F-figuur zijn even groot


Slide 10 - Tekstslide

Z-figuur
- De hoeken in een Z-figuur zijn even groot

Slide 11 - Tekstslide

Eind Par. 2.1

Slide 12 - Tekstslide

Lijnsymmetrie
Een van de vormen van symmetrie die je al kent is lijnsymmetrie.
We kijken naar een kort filmpje om je geheugen weer op te frissen.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

2.2 Draaisymmetrie
Aantekening:
Als een figuur na een halve draai of minder op zichzelf past, wordt deze figuur draaisymmetrisch genoemd.

Kijk het uitleg filmpje op de volgende dia.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Is deze afbeelding draaisymmetrisch?
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quizvraag

Welke afbeeldingen zijn draaisymmetrisch?
A
1,2,3,4
B
1,2,4
C
1,2,3
D
1,2

Slide 18 - Quizvraag

Draaisymmetrie
Een figuur is draaisymmetrisch als je het rondom een draaipunt kunt draaien en het weer precies op zichzelf past.


Slide 19 - Tekstslide

De bloem is na 6 stapjes helemaal rond:
De kleinste draaihoek is 360 : 6 = 60 graden.

Het molentje is in 4 stapjes helemaal rond.
De kleinste draaihoek is 360 : 4 = 90 graden.

Slide 20 - Tekstslide

2.3 Hoeken en afstanden
Voorkennis:
  • Pythagoras
  • Tangens
  • Omtrek

Slide 21 - Tekstslide

Hoe zat het ook alweer met Pythagoras....
Maak bij opdrachten een schets met alle gegevens en schrijf ALTIJD het schema op om zijdes uit te rekenen. 
Hieronder links naar verschillende filmpjes over Pythagoras

 

Slide 22 - Tekstslide

schuine zijde
(altijd tegenover de rechte hoek)
rechthoekszijde
rechthoekszijde
tangens kan je alleen gebruiken bij een rechthoekige driehoek

Slide 23 - Tekstslide


Wat is de schuine zijde?
A
PQ
B
QR
C
PR

Slide 24 - Quizvraag


Vanuit ∠ P, wat is de 
aanliggende zijde?
A
PQ
B
QR
C
PR

Slide 25 - Quizvraag


Vanuit ∠ P, wat is de 
overstaande zijde?
A
PQ
B
QR
C
PR

Slide 26 - Quizvraag


Vanuit ∠ Q, wat is de 
aanliggende zijde?
A
PQ
B
QR
C
PR

Slide 27 - Quizvraag

tangens
tan=aanliggendezijdeoverstaandezijde
tangens ronden we af op 3 decimalen

Slide 28 - Tekstslide


Wat is de tangens van ∠ Q?
A
shift tan (3:4)
B
shift tan (4:3)

Slide 29 - Quizvraag


Wat is de tangens van ∠ P?
A
shift tan (3:4)
B
shift tan (4:3)

Slide 30 - Quizvraag


tanP=AOshifttan(4:3)
P=53°
shift tan 1,333

Slide 31 - Tekstslide


tanQ=AOshifttan(3:4)
Q=37°
shift tan 0,750

Slide 32 - Tekstslide

zijde berekenen als de hoek bekend is
C
A
B
15 cm
35°
?
tanB=AO
tan35=15?

Slide 33 - Tekstslide

zijde berekenen als de hoek bekend is
? boven = vermenigvuldigen
? beneden = delen
C
A
B
15 cm
35°
?
tanB=AO
tan35=15?
?=tan3515
de '6' moet je weten 
dus '2x3' 
tan3515=10,5

Slide 34 - Tekstslide

zijde berekenen als de hoek bekend is
C
A
B
15 cm
35°
?
tanB=AO
tan35=15?
?=tan3515
de '6' moet je weten 
dus '2x3' 
tan3515=10,5
AC = 10,5 cm

Slide 35 - Tekstslide

zijde berekenen als de hoek bekend is
C
A
B
?
40°
68
cm
tanB=AO
tan40=?68

Slide 36 - Tekstslide

zijde berekenen als de hoek bekend is
C
A
B
?
40°
68
cm
tanB=AO
tan40=?68
?=tan4068
de '3' moet je weten 
dus '6:2' 
tan4068=81,0

Slide 37 - Tekstslide

zijde berekenen als de hoek bekend is
C
A
B
?
40°
68
cm
tanB=AO
tan40=?68
?=tan4068
de '3' moet je weten 
dus '6:2' 
AB = 81,0 cm
tan4068=81,0

Slide 38 - Tekstslide

2.4 Oppervlakte
Voorkennis:
  • Oppervlakte rechthoek
  • Oppervlakte parallellogram
  • Oppervlakte driehoek
  • Oppervlakte cirkel
  • Oppervlakte ruit
  • Oppervlakte vlieger

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Inlijsten

Slide 41 - Tekstslide

2.5 Gelijkvormigheid

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Video

hoeken blijven hetzelfde

Slide 44 - Tekstslide

UITzoomen , factor < 1
factor =  NIEUW  :  OUD  

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Video

Slide 47 - Video

Succes met leren  voor de toets!
Sommen maken is de oplossing......
  • Test Jezelf
  • oefentoets

Slide 48 - Tekstslide