P1 - les 6

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

  • Spanning in verhalen
  • 25 minuten lezen
  • Leesautobiografie

Slide 2 - Tekstslide

Spanning

Slide 3 - Tekstslide

Spanning
Of een verhaal spannend is, hangt af van de schrijver én van de lezer. Een schrijver kan allerlei technieken toepassen om de spanning in een verhaal te verhogen, maar hoe goed hij ook schrijft, hij is altijd afhankelijk van het oordeel van de lezer.

De schrijver kan spanning toepassen door de gebeurtenissen spannend te beschrijven (actiespanning) of door de beschrijving van het denkproces van een verhaalfiguur (psychologische spanning).

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Middelen om spanning aan te brengen
-Lezer minder laten weten dan personage;
-Lezer meer laten weten dan personage;
-Gebruik van vooruitwijzingen, terugverwijzingen en flashbacks;
-Personages naar bijzondere plekken of ongewone situaties brengen;
-Beschrijven van gevaarlijke omgeving;
-Aanwijzingen geven die lezer op het verkeerde been brengen;
-Inzetten van een cliffhanger;
-Het verhaal een onverwachte wending geven.

Slide 8 - Tekstslide

Open plekken
Informatie verzwijgen, vermoedens en verwachtingen aanwakkeren of een intrigerende titel, het zijn allemaal middelen om vragen bij de lezer op te roepen.

De onbeantwoorde vragen en de (nog) niet duidelijke tekstdelen noem je open plekken in het verhaal. Je moet die plekken al lezend invullen.

Slide 9 - Tekstslide

Spanningsboog
Een verhaal kan niet altijd even spannend zijn. Er zijn momenten dat er weinig gebeurt en er zijn momenten dat je op het puntje van je stoel zit. De spanning in een verhaal kun je aangeven met een spanningsboog. 

Er zijn korte en lange spanningsbogen in een verhaal. Een lange spanningsboog kan de hele verteltijd omvatten. Misschien krijg je pas op de laatste bladzijde antwoord op de hoofdvraag in het verhaal.

Slide 10 - Tekstslide

Spanningsboog
Elke open plek in het verhaal vormt in principe een spanningsboog. Daar waar de spanning het hoogst is, heb je waarschijnlijk te maken met de climax in je verhaal.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Literaire thriller

25 minuten lezen in stilte

Tip:
schrijf op wat je hebt gelezen

Slide 13 - Tekstslide

Leesautobiografie
-Verder schrijven aan opdracht
-Uiterlijke inleverdatum vrijdag 11 oktober (Magister opdrachten)

Slide 14 - Tekstslide

Doelen
  • Ik verdiep me verder in een spannend boek.
  • Ik kan over mijn leeservaringen tot nu toe vertellen.

Slide 15 - Tekstslide