Trabitur, Kapitel 5, Les 2 werkwoord werden ott

Willkommen, heute ist Donnerstag
der 11. Mai
1 / 24
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Willkommen, heute ist Donnerstag
der 11. Mai

Slide 1 - Slide

Lernziel(e)

  • Kan ik het werkwoord werden en de modale werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegen.
  • Kan ik een filmpje over school begrijpen en hierover vragen beantwoorden. 


Slide 2 - Slide

Denk aan PO DUITS

Slide 3 - Slide

PW van PWW bespreken
1. We bespreken de toets samen.
2. Heb je opmerkingen, dan schrijf je deze op 
3. na het bespreken, mag je naar mij toekomen.

Slide 4 - Slide

Programm 

1.   Was haben wir in der letzten Stunde besprochen? 
2.  Huiswerk nakijken
3.  nieuwe grammatica.


Slide 5 - Slide

Was haben wir in der letzten Stunde gemacht?
Was haben wir in der letzten Stunde besprochen ?

Slide 6 - Slide

Vertaal : de boeken
A
die Bucher
B
die Bücher
C
das Buch

Slide 7 - Quiz

Vertaal: makkelijk / eenvoudig
A
richtig
B
langweilig
C
einfach

Slide 8 - Quiz

Vertaal: uitleggen

Slide 9 - Open question

Vertaal: een onvoldoende

Slide 10 - Open question

Vertaal: kwart over twaalf
A
viertel nach zwolf
B
Viertel nach zwolf
C
Viertel nach twölf
D
Viertel nach zwölf

Slide 11 - Quiz

Noem Duitse vakken

Slide 12 - Mind map

Huiswerk nakijken

1. Maak in je boek van Kapitel 5, Aufg. 3.5 + 8.2 (C) + 8.3


Slide 13 - Slide

Das Verb "werden"

Slide 14 - Slide

Welke werkwoorden kennen wij?
  1. zwakke werkwoorden (wohnen-wohnte-gewohnt)
  2. sterke werkwoorden (gehen-ging-gegangen) 
  3. hulpwerkwoorden (haben, sein, werden)
  4. modale (hulp-)werkwoorden 

Slide 15 - Slide

Welke hulpwerkwoorden kennen wij al?
  1. haben = hebben
  2. sein = zijn 
  3. werden -> betekent worden of zullen!

Slide 16 - Slide

worden
zullen
ik word
ik zal
ich werde
jij wordt
jij zult
du wirst
hij/zij/het wordt
hij/zij/het zal
er/sie/es wird
wij worden
wij zullen
wir werden
jullie worden
jullie zullen
ihr werdet
zij worden
U wordt
zij zullen
U zal
sie werden
Sie werden

Slide 17 - Slide

Wat zijn nu modale (hulp) werkwoorden?
  • deze geven een extra betekenis aan het hoofdwerkwoord 
  • Deze modale werkwoorden kun je niet zelfstandig gebruiken,      deze komen bijna altijd samen met een ander werkwoord. 
  • Voorbeelden van modale hulpwerkwoorden in het Nederlands     zijn:  zullen, kunnen, mogen, moeten, willen.



Slide 18 - Slide

Voorbeelden:
Bijv:  ik zwem                                      ich schwimme
          ik kan zwemmen                      ich kann schwimmen
          ik zal zwemmen Ik zwem      ich werde schwimmen
          ik wil graag zwemmen            ich möchte schwimmen

Slide 19 - Slide

Zelfstandig werken

We maken Aufgabe 4.3 
Klaar? Maak dan al Aufgabe 4.4
timer
1:00

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Luistervaardigheid
We luisteren nu gezamenlijk!

Aufgabe 5.1 + 6.1

Slide 22 - Slide

Zelfstandig werken

We maken Aufgabe 4.3 
Klaar? Maak dan al Aufgabe 4.4

Slide 23 - Slide

Hausaufgaben

1. Maak in je boek van Kapitel 5, Aufg. 4.3 
2. Leer woorden van Kapitel 5, B S. 29
3. Bekijk het uitlegfilmpje over modale werkwoorden
     https://youtu.be/4y9tJzh6kmg

  








Slide 24 - Slide