What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Herhaling H4 + lezen H3
Welkom m3f!
1 / 37
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
This lesson contains
37 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welkom m3f!
Slide 1 - Slide
Wat is een homoniem? Leg uit met een voorbeeld.
Slide 2 - Open question
Wat is een synoniem? Leg uit aan de hand van een voorbeeld.
Slide 3 - Open question
Wat is een homofoon? Leg uit aan de hand van een voorbeeld.
Slide 4 - Open question
Deze deur bij de hoofdingang is open, maar ... daar bij de zijuitgang niet.
A
deze
B
die
C
dit
D
dat
Slide 5 - Quiz
Die schoenen zijn erg duur, gelukkig zijn ... goedkoper.
A
deze
B
die
C
dit
D
dat
Slide 6 - Quiz
Het antwoord in het boekje klopt niet; ... hier is het juiste antwoord.
A
deze
B
die
C
dit
D
dat
Slide 7 - Quiz
We zijn naar het zwembad geweest en ... vond ik erg leuk.
A
deze
B
die
C
dit
D
dat
Slide 8 - Quiz
Verwijswoorden: deze, die, dit, dat
Naar de-woorden verwijs je met
deze
of
die.
Deze
gebruik je als iets dichtbij is,
die
als iets veraf is.
Naar het-woorden verwijs je met
dit
of
dat.
Dit
gebruik je als iets dichtbij is,
dat
als iets veraf is.
Slide 9 - Slide
Wout gaat zonder zijn moeder op vakantie. ... is wel door ... uitgezwaaid.
A
hem, haar
B
hem, zij
C
hij, haar
D
hij, zij
Slide 10 - Quiz
Bram en Gwen laten vakantiefoto's aan Jasper zien. ... vindt vakantiefoto's van ... altijd erg mooi.
A
hij, hun
B
hij, hen
C
hem, hun
D
hem, hen
Slide 11 - Quiz
Kun jij met ... schoenen betalen?
A
jou
B
jouw
Slide 12 - Quiz
Sommige mensen in Berlijn kunnen een metro- of tramritje met ... schoenen betalen.
A
hun
B
zijn
C
ze
D
hen
Slide 13 - Quiz
Ik heb ... moeder gevraagd of ze ... wil ophalen.
A
me, me
B
me, mijn
C
mijn, me
D
mijn, mijn
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Slide
Zij wilden de schoenen, ... er maar vijfhonderd paar zijn gemaakt.
A
waarvan
B
van wie
Slide 16 - Quiz
De Chinees ... ik een kroket at, kende deze snack niet.
A
met wie
B
waarmee
Slide 17 - Quiz
De trein ... Joy reist, stopt ook bij ... station.
A
met wie, deze
B
met wie, dit
C
waarmee, deze
D
waarmee, dit
Slide 18 - Quiz
Verwijswoorden
Met de verwijswoorden
waarmee, waarvan, waarover, waaraan,
enz. verwijs je naar zaken of dingen.
Met de verwijswoorden
met wie, van wie, over wie, aan wie,
enz. verwijs je naar personen.
Slide 19 - Slide
Noteer het meervoud van:
staaf
Slide 20 - Open question
Noteer het meervoud van:
klus
Slide 21 - Open question
Noteer het meervoud van:
olie
Slide 22 - Open question
Noteer het meervoud van:
idee
Slide 23 - Open question
Meervouden op -en
Zet
-en
achter het woord: baard - baarden, leeuw - leeuwen
Soms moet je nog iets meer veranderen: mug - mug
g
en, contactdoos - contactd
oz
en
Bij een woord dat eindigt op -ee of -ie, gebruik je ook een trema: zee - zeeën, melodie - melodieën
Als de klemtoon niet op -ie valt, komt er alleen een -n en trema: bacterie - bacteriën, olie - oliën
Slide 24 - Slide
Wat is het meervoud van:
abc
A
abcs
B
abcen
C
abc's
Slide 25 - Quiz
Wat is het meervoud van:
cliché
A
clichés
B
cliché's
Slide 26 - Quiz
Wat is het meervoud van:
shampoo
A
shampoos
B
shampoo's
Slide 27 - Quiz
Wat is het meervoud van:
massa
A
massas
B
massa's
C
massaas
Slide 28 - Quiz
Meervouden op -s
Zet
-s
achter het woord. Meestal moet de -s aan het woord vast: aapje - aapjes, studie - studies, café - cafés
Bij woorden die eindigen op -a, -i, -o, -u, en -y krijg je
's:
agenda - agenda's, lolly - lolly's
Woorden die eindigen op meerdere klinkers die je als één klank uitspreekt, krijgen een vaste
-s
: bureau - bureaus, display - displays
Slide 29 - Slide
Meervouden op -s
Een afkorting die je als losse letters uitspreekt, krijgt in het meervoud altijd
-'s
: cd - cd's, tv - tv's, BMW - BMW's
Slide 30 - Slide
Veel wegen zijn ... (verbeteren) na de Tweede Wereldoorlog.
Slide 31 - Open question
In de prehistorie ... (kleden) mensen zich in warme dierenhuiden.
Slide 32 - Open question
Ik ... (vinden) die gele kaart nu toch wel terecht.
Slide 33 - Open question
Onze geschiedenisleraar ... (behandelen) morgen de Nederlandse slavernij.
Slide 34 - Open question
Na de Grote Brand in Londen was een groot deel van de stad ... (vernietigen).
Slide 35 - Open question
In de middeleeuwen werden vrouwen gruwelijk ... (straffen) voor hekserij.
Slide 36 - Open question
Als ik nu een toets over deze stof zou krijgen, zou ik een voldoende halen.
A
ja
B
nee
C
twijfel
Slide 37 - Quiz
More lessons like this
herhalen hfd 4, 5 en 6 taalverzorging
June 2024
- Lesson with
50 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Herhaling taalverzorging h4
January 2024
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Herhaling taalverzorging h4
January 2023
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Herhaling taalverzorging h4
January 2023
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Taalbeschouwing quiz 4, 5 en 6
January 2024
- Lesson with
36 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
2KGT C7 Spel §6
February 2024
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k, g
Leerjaar 2
28 01 2021 verwijswoorden en meervouden op s H4
January 2021
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1bk toets Taalverzorging H4,5,6
June 2023
- Lesson with
35 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1