Hoofdstuk 1 Boterdegen (boek B&B)

Hoofdstuk 7                                      






                                       Boterdegen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Consumptieve techniekMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Hoofdstuk 7                                      






                                       Boterdegen

Slide 1 - Slide

Vorige week 
- Vorige week hebben we het gehad over de bakkerij en de brancheorganisatie.
- Wat kun je worden in de bakkerij.
- Groep A goudse en Gooise moppen bereid


- Leerdoelen bespreken
- Theorie behandelen
- Aan de slag!
- Evalueren
- Afsluiten & volgende week

Vandaag

Slide 2 - Slide

Aan het einde van deze lesweek:
  • kunnen jullie benoemen wat het verschil is tussen een licht deeg en een zwaar deeg.
  • Kunnen jullie benoemen wat de eigenschap is van een drijvend vermogen. 
  • kunnen jullie 3 verschillende boterdegen benoemen 
  • kun je een boterdeeg bereiden en verwerken tot een product.

Slide 3 - Slide

Even terug !

Bakkerijsector in twee groepen te verdelen, 
namelijk:
- Ambachtelijke bakkerij
- Industriële bakkerij


Slide 4 - Slide

Ambachtelijke bakkerij
Ambachtelijke bakkerij → op traditionele wijze gemaakt
Warme bakker
Luxe bakkerij
Koude bakker

Slide 5 - Slide

Wat kan ik worden?

- Assistent bakker
- Allround broodbakker
 - Allround banketbakker
 - Medewerker industriële bakkerij

Slide 6 - Slide

Zwaar deeg
Heeft weinig boter en meer suiker,
Dit deeg moet goed gekneed worden.

Voorbeeld hiervan is speculaas

Slide 7 - Slide

Licht deeg
Heeft in verhouding meer boter en mag niet teveel gekneed worden.
 Voorbeeld hiervan is een sprits

Slide 8 - Slide

Drijvendvermogen
  • Tijdens het bakken gaat het deeg vloeien/uitlopen.
  • Dit wordt het drijvend vermogen genoemd. De verhouding van boter, suiker en bloem is bepalend.
  • Verhouding tussen de vloeiende stoffen boter en suiker en de bindende stof bloem is bepalend voor het drijvend vermogen

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Boterdeeg heeft 3 hoofdgrondstoffen, welke 3 zijn dat?
Suiker
Boter
Bloem

Slide 11 - Slide

Welke ingrediënten zijn hulpgrondstoffen?

Slide 12 - Open question

Hulpgrondstoffen boterdeeg
De hulpgrondstoffen van boterdeeg zijn:




Citroenrasp               Vanille                       Cacao                    Kaneel

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Kruimeldeeg
          of
    Zetdeeg

Slide 15 - Slide

  • Kruimeldeeg of zetdeeg.
  • Niet te lang kneden.
  • Altijd na het kneden koelen.
  •  Fonceren of bekleden van bakvormen, koekjes, koeken en taarten.

Slide 16 - Slide

Van welke type boterdeeg zijn deze producten gemaakt?
Kruimeldeeg
Wrijfdeeg
Roerdeeg

Slide 17 - Drag question

Wrijfdeeg

Slide 18 - Slide

  • Vetstof zacht maken en krachtig tot een witte massa wrijven.
  • De suiker, smaakstoggen en eventuele vochtbestanddelen door de vetstof wrijven.
  • De bloem in delen toevoegen en doorwrijven tot het volledig wit is. Hoe lichter de kleur hoe luchtiger het mangsel.
  • Doe het deeg in een spuitzak met een spuitmondje.
  • Meteen verwerken

Slide 19 - Drag question

Roerdeeg

Slide 20 - Slide

0

Slide 21 - Video

Opdrachten maken

Hoofdstuk 7:
7.1  t/m 7.5 

Ben je klaar dan gaan we samen de leerstof behandelen


Slide 22 - Slide