Een avontuur met Franse bijvoeglijke naamwoorden

Een avontuur met Franse bijvoeglijke naamwoorden
1 / 24
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Een avontuur met Franse bijvoeglijke naamwoorden

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je Franse bijvoeglijke naamwoorden correct gebruiken en toepassen in zinnen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over bijvoeglijke naamwoorden in het Frans?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat zijn bijvoeglijke naamwoorden?
Bijvoeglijke naamwoorden zijn woorden die kenmerken of eigenschappen van een zelfstandig naamwoord beschrijven.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Vorming van bijvoeglijke naamwoorden
Bijvoeglijke naamwoorden in het Frans kunnen mannelijk, vrouwelijk en meervoudig zijn. Ze passen zich aan het zelfstandig naamwoord aan.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Plaatsing van bijvoeglijke naamwoorden
In het Frans worden bijvoeglijke naamwoorden meestal na het zelfstandig naamwoord geplaatst, maar er zijn uitzonderingen.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Oefening 1
Vul de ontbrekende bijvoeglijke naamwoorden in de zinnen in: 'La maison ________ (grande) est belle.'

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Bijvoeglijke naamwoorden in context
Bijvoeglijke naamwoorden helpen om meer details te geven over personen, plaatsen of dingen in een zin.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Regelmatige en onregelmatige bijvoeglijke naamwoorden
Sommige bijvoeglijke naamwoorden volgen een regelmatig patroon, terwijl andere onregelmatig zijn en apart geleerd moeten worden.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Oefening 2
Vertaal de volgende zinnen naar het Frans en gebruik de juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord: 'The old house is beautiful.'

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Bijvoeglijke naamwoorden en geslacht
Bijvoeglijke naamwoorden moeten overeenkomen in geslacht met het zelfstandig naamwoord waarnaar ze verwijzen.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Oefening 3
Kies het juiste bijvoeglijke naamwoord en vervoeg het naar het geslacht en aantal van het zelfstandig naamwoord: 'un livre intéressant / une histoire intéressante'.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Bijvoeglijke naamwoorden en bezittelijke voornaamwoorden
Bijvoeglijke naamwoorden worden ook gebruikt om bezittingen aan te geven en moeten overeenkomen met het bezittelijke voornaamwoord.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Oefening 4
Vul de ontbrekende bijvoeglijke naamwoorden in de zinnen in: 'C'est ________ (mon) livre.'

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Samenvatting
Bijvoeglijke naamwoorden in het Frans zijn essentieel om details en eigenschappen te beschrijven. Ze moeten overeenkomen met het zelfstandig naamwoord in geslacht en aantal.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Quiz
Test je kennis met een korte quiz over bijvoeglijke naamwoorden in het Frans.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Oefening 5
Schrijf een korte paragraaf waarin je minstens vijf bijvoeglijke naamwoorden in het Frans gebruikt om je favoriete vakantiebestemming te beschrijven.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Toepassing in de praktijk
Geef de leerlingen de opdracht om een korte presentatie te maken waarin ze bijvoeglijke naamwoorden in het Frans gebruiken om iets of iemand te beschrijven.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Reflectie
Denk na over hoe bijvoeglijke naamwoorden in het Frans je kunnen helpen om dingen levendiger te beschrijven. Schrijf een kort reflectieverslag hierover.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie
Beoordeel je begrip van bijvoeglijke naamwoorden in het Frans door het beantwoorden van enkele korte vragen over de les.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
Bedank de leerlingen voor hun inzet en deel eventuele belangrijke punten die in de les naar voren zijn gekomen.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 22 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 23 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 24 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.