Formuleren: de samentrekking

Welkom!

Ga rustig zitten, pak je leesboek en start met lezen!
timer
10:00
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom!

Ga rustig zitten, pak je leesboek en start met lezen!
timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het eind van deze les...

  • ... kun je een samentrekking controleren.
  • ... kun je een samentrekking corrigeren.



Slide 2 - Diapositive

Samentrekking
Samentrekking houdt in dat een woord of woorddeel wordt weggelaten uit een woordgroep of zinsdeel omdat hetzelfde woord(deel) ook elders in de zin voorkomt. 
Bijvoorbeeld:
- in- en uitvoer
- grote en kleine projecten
- Hij houdt wel van appeltaart, maar niet van chocoladecake

Slide 3 - Diapositive

Deze les
  • Klassikaal lezen 
  • Lesdoelen
  • Instructie Formuleren §2 Samentrekking controleren
  • Zelfstandig werken
  • Huiswerk 
  • Reflectie

Slide 4 - Diapositive

Wat is er mis met de volgende zinnen?

  • Hier wordt een nieuw sportveld aangelegd en enkele kleedkamers geplaatst. 
  • Max keek naar een leuk meisje en daardoor niet goed uit bij het oversteken.
  • Tim heeft keelpijn en een ijsje gekregen. 

Kun je het uitleggen?

Slide 5 - Diapositive

Drie voorwaarden
Om iets weg te laten moet je eerst aan drie voorwaarden voldoen:

De woorden die je weglaat hebben:
1. dezelfde functie (onderwerp, lv, koppelww, hww, zww enz.)
2. dezelfde betekenis 
3. hetzelfde getal (enkelvoud of meervoud)

Slide 6 - Diapositive

Foutieve samentrekking
Als een samentrekking niet op de goede manier wordt uitgevoerd, spreek je van een foutieve samentrekking. 

Slide 7 - Diapositive

Stappenplan 
  1. Kijk wat er is samengetrokken in de zin.
  2. Bepaal de functie, de betekenis en het getal van het eerste deel.
  3. Bepaal de functie, de betekenis en het getal van het tweede deel. 
  4. Alles hetzelfde? Goede samentrekking. 
  5. Niet? Voeg de ten onrechte weggelaten delen toe.

Slide 8 - Diapositive

Voorbeeld
Lisa heeft hoge cijfers, maar er ook hard voor gewerkt.

Weggelaten: Lisa & heeft

1e deel: Lisa = ow (enk) & heeft = pv (enk) in het wg → heeft → zww
2e deel: Lisa = ow (enk) & heeft = pv (enk) in het wg → heeft gewerkt → hww
Lisa – correct; heeft – fout
Verbetering: Lisa heeft hoge cijfers, maar heeft er ook hard voor gewerkt.




Slide 9 - Diapositive

Is de volgende zin goed samengetrokken?

Sjoerd liep naar de winkel en kocht een boek.
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quiz

Is de zin goed samengetrokken?

Harold schudde zijn hoofd en daarna snel de kaarten.
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quiz

Is de zin goed samengetrokken?

Hij heeft een diploma en heeft daar hard voor gewerkt.
A
Ja
B
Nee

Slide 12 - Quiz

Zelf aan de slag
Maak Cursus 6,  par. 2,  opdr. 1 t/m 3. 
Opdr. 3 < 65% = opdr. 5
Opdr. 3 > 65% = opdr. 6

Ben je klaar?.
1. Lezen in je leesboek.
2. Verder werken volgens planner.

Slide 13 - Diapositive

Lesdoelen: behaald?
- Ken je de voorwaarden voor de samentrekking nog? 

- Kun je voor jouw gevoel een foutieve samentrekking herkennen en corrigeren?

Slide 14 - Diapositive